Een opmerkelijke oproep op de site van NOC*NSF: ‘Blijf je stil of praat je erover?’ Daarmee ondersteunt de sportkoepel de campagne van het Centrum Veilige Sport Nederland. Bij deze instantie kunnen sporters, begeleiders, trainers, ouders en bestuurders terecht voor het melden van grensoverschrijdend gedrag. Verre van overbodig, zo blijkt uit een representatief onderzoek van NOC*NSF over dit heikele thema, met louter schokkende resultaten. Want meer dan twintig procent van de Nederlanders in de leeftijd van 18 tot en met 50 jaar heeft in zijn of haar jeugdjaren tijdens het sporten ernstig emotioneel grensoverschrijdend gedrag meegemaakt.
Daarbij werd dertien procent geconfronteerd met lichamelijk grensoverschrijdend gedrag en ongeveer zeven procent met seksueel grensoverschrijdend gedrag. Om dat verder te nuanceren: bijna 72 procent van de huidige mensen in de leeftijd van 18 tot en met 50 jaar geeft aan in hun jeugd minimaal eenmaal grensoverschrijdend gedrag in de sport te hebben ondervonden. Waarbij weer veertig procent de bekentenis uit dat die gebeurtenis ook indruk heeft gemaakt.
Het onderzoek van NOC*NSF, vorig jaar november en december uitgevoerd en in wezen een vervolg op het onderzoek van Commissie de Vries uit 2017, is uitgesplitst in drie vormen van grensoverschrijdend gedrag: emotioneel, lichamelijk en seksueel. Elke vorm werd verder uitgediept, variërend van plagen tot gedwongen penetratie als (seksueel) grensoverschrijdend gedrag. Wat cijfers betreft laten de bevindingen van nu zich ruwweg vergelijken met de ervaringen uit het in 2016 gepubliceerd onderzoek naar grensoverschrijdend gedrag in de jeugdsport in Nederland en België.
"We moeten blijven onderzoeken in welke mate en op welke wijze grensoverschrijdend gedrag in de sport voorkomt", luidt de reactie van Gerard Dielessen, algemeen directeur van NOC*NSF, op de site van de sportkoepel uit Papendal. "Helaas is uit dit onderzoek opnieuw naar voren gekomen dat dit gedrag nog veel te veel in de sport voorkomt. Te veel met name jonge sporters maken dit mee, soms zo ernstig dat zij daar hun leven lang last van hebben."
"Tegelijkertijd blijkt dat ongeveer de helft van de jeugd, die dit meemaakt, dat aan niemand vertelt", vervolgt Gerard Dielessen. "Laten we er met ons allen voor zorgen dat de cijfers in de komende jaren zullen dalen, te beginnen door ons echt open te stellen voor iedereen die grensoverschrijdend gedrag meemaakt. Het Centrum voor Veilige Sport Nederland doet daar op dit moment zijn uiterste best voor met de campagne 'Blijf je stil of praatje erover?', maar kan dit niet alleen." Het jaarverslag van CVSN bevestigt dat laatste min of meer: "Ondanks de stijging blijven de meldingen achter bij de aard en omvang, die in het onderzoek wordt beschreven."
"Ondanks de stijging blijven de meldingen achter bij de aard en omvang, die in het onderzoek wordt beschreven"
Dat onderzoek van het NOC*NSF benoemt en spreekt zich ook uit over de daders van grensoverschrijdend gedrag: "Het zijn meestal mannen." Dat geldt voor alle drie de vormen. "Bij emotioneel en lichamelijk grensoverschrijdend gedrag gaat dit ongeveer voor twee derde van de gebeurtenissen op en bij seksueel grensoverschrijdend gedrag om 87 procent mannelijke daders. Bij meisjes blijkt de dader van seksueel grensoverschrijdend gedrag meestal een man; de daders van emotioneel en lichamelijk grensoverschrijdend gedrag zijn zowel mannen als vrouwen", aldus de uitvoerige rapportage van het onderzoek op de site van de sportkoepel.
"De daders zijn vaker mannelijke sporters dan coaches. Dat betreft in sterke mate emotioneel en lichamelijk grensoverschrijdend gedrag, waar het aandeel van de mannelijke sporters rond een derde schommelt en van de mannelijke coach rond de vijftien procent. Het verschil bij seksueel grensoverschrijdend gedrag valt kleiner uit: een derde van de daders is een mannelijke sporter en in een kwart van de gevallen gaat het om een mannelijke coach."
De ruime samenvatting van het onderzoek op de site van NOC*NSF nodigt een ieder uit kennis te nemen van de feiten. Want: "Grensoverschrijdend gedrag, met name in ernstige vorm, kan een traumatisch effect hebben op het slachtoffer."
Foto: Shutterstock
Lees ook het interview met Antje Diertens (D66) na het rondetafelgesprek (on)veilige turnsport in de Tweede Kamer: