In het vakblad Sport & Strategie (editie 3-2018) laten we een klaroenstoot klinken en brengen we met diverse artikelen een ode aan de sportvereniging, hoeksteen van de Nederlandse sportcultuur. In deze serie haalt een aantal prominenten uit de sport herinneringen op aan de sportvereniging(en) uit hun heden of verleden. Zij schilderen zo en passant het Nederlands sportlandschap door de jaren heen, met de vereniging als eeuwige constante. Aflevering 2: Minister Bruno Bruins.
"Met Bruins junior ga ik zaterdag naar de voetbal. Het liefst twee keer. Aan het einde van de dag is er een thuiswedstrijd van ADO Den Haag. Die missen we niet graag. Vanuit ons vaste hoekje, in de nabijheid van een gezellig groepje oude bekenden, zagen we dit jaar ADO als zevende eindigen in de competitie. Een werelduitslag voor 070. Commentaar tijdens de wedstrijd komt van de stadionspeaker, maar vooral van Bruins junior. Hij weet exact hoe er moet worden gevoetbald en – dat vind ik werkelijk knap – voorspelt trefzeker de man of the match. Op een paar meter van de grasmat beschikt hij over een prima spelinzicht."
"De tweede wedstrijd van de dag is eigenlijk de vroegste. Dan gaan vader en zoon naar de club waar junior speelt. Het wekkertje kondigt vrolijk piepend de nieuwe dag aan. Maar gedurende het eerste halfuur van wakker zijn, is dat ook het enige vrolijke. Junior gaat brommend op zoek naar tenue, scheenbeschermers en schoenen… ‘Wie heeft mijn sokken verstopt!’ Ik maak zwijgend een boterhammetje klaar. Met piepende banden racen we de straat uit. Elke zaterdag opnieuw een uiterste poging om de tijd te verslaan. Om een halfuur voor het begin van de wedstrijd bij de club te zijn. Vaak een kansloze zaak. Zeker als er nog een muts wordt gezocht, of handschoenen of de autoruiten bevroren zijn."
"Maar de wereld wordt een stuk zonniger als we de parkeerplaats van de club opdraaien. In een mum van tijd is het team ‘united’, worden jassen, tassen en waterflessen trefzeker naast het doel gegooid, en rent de meute achter de bal aan of hun leven ervan afhangt. De wedstrijd is begonnen!"
"Van het ADO-spelinzicht is niet veel meer over, maar dat drukt de pret niet. Junior is laatste man en neemt zijn taak serieus. Verdedigen is geen inspannings- maar een resultaatverplichting. Heftige armgebaren en soms ook – ik geef het toe – een discussie met de scheids horen bij de speltechnieken. Allemaal geleerd van Studio Sport. Of van FIFA 18. Of van zijn vader."
"Als het fluitsignaal heeft geklonken en de wedstrijd voorbij is, bedankt het team de tegenstander. En Willem. Willem, de alomaanwezige trainer en inspirator van het team. Wie zorgt er voor de goede informatie over voetballocatie en -tijdstip? Willem. Wie traint de mannen op dinsdag en donderdag, ook al komt maar de helft opdagen? Willem. Wie zorgt dat er hulptroepen gereed staan als griep of vakantie toeslaat en een incompleet team dreigt? Willem. Wie zorgt voor ballen (stevig opgepompt) en hesjes? Wie is, kortom, de grote gangmaker achter het team? Dat is Willem, vader van een van de spelertjes, voetbalgek en onvermoeibare leverancier van positieve energie."
"Willem, vrijwilliger uit duizenden, mag het team ook komend seizoen weer een beroep op je doen? Grote dank, mede namens Bruins junior.”
Bruno Bruins is minister van Sport.
Dit artikel verscheen eerder in vakblad Sport & Strategie (editie 3-2018). Nieuwsgierig naar de rest van dit prikkelende vakblad voor bestuurders in de sport? Neem dan nu een abonnement.