Ode aan de Sportvereniging door Hans van Breukelen: "Plezier staat voorop!"

In het vakblad Sport & Strategie (editie 3-2018) laten we een klaroenstoot klinken en brengen we met diverse artikelen een ode aan de sportvereniging, hoeksteen van de Nederlandse sportcultuur. In deze serie haalt een aantal prominenten uit de sport herinneringen op aan de sportvereniging(en) uit hun heden of verleden. Zij schilderen zo en passant het Nederlands sportlandschap door de jaren heen, met de vereniging als eeuwige constante. Aflevering 3: Hans van Breukelen.

"Als achtjarig jongetje mocht ik lid worden van de plaatselijke voetbalclub BVC. Meneer De Ridder was mijn keeperstrainer. Hij woonde bij mij in de wijk en leerde mij de liefde voor het keepen. BVC is later opgegaan in FC De Bilt en als ik daar kom, ontmoet ik nog steeds vrijwilligers die er bij BVC ook al rondliepen. Echte clubmensen, die het iedere dag en ieder weekend mogelijk maken dat meer dan 1.200 leden kunnen voetballen."

"In Leende, onder de rook van Eindhoven, heb ik dertig jaar gewoond en na mijn voetbalcarrière ben ik ook vrijwilliger geworden bij de plaatselijke voetbalclub DOSL. Natuurlijk als keeperstrainer… "

Thuis voelen


"Een mooi voorval dat mij herinnert aan het belang van een voetbalclub: het eerste elftal degradeerde aan het eind van de competitie. De voorzitter liep in mineur rond en zijn gezichtsuitdrukking sprak boekdelen. Mijn vraag aan hem: ‘Waarom kijk je zo zuur?’ ‘Omdat we volgend jaar in de vijfde klasse moeten spelen, natuurlijk!’, riep hij verontwaardigd. ‘Hoe kun jij nou zoiets zeggen?’, voegde hij er nog aan toe. ‘Wat maakt het eigenlijk uit voor ons als gezellige dorpsclub? Kost het leden, zal de kantineomzet verminderen, wordt het plezier bij al die jeugdleden minder, zullen er minder sociale contacten zijn, zullen de vrijwilligers ermee ophouden, wordt het plezier minder?’, vroeg ik hem. Hij keek mij aan en zei: ‘Je hebt gelijk. We gaan op de oude voet verder en zullen een plek in het dorp blijven waar mensen lekker kunnen voetballen en waar zij zich thuis voelen.’"

"Volgens mij is dit de essentie van al onze prachtige en succesvolle amateurverenigingen in het land en dat moeten we in stand houden! Een plek waar mensen met dezelfde interesse hun sport kunnen beoefenen. Goed voor de gezondheid, de sociale contacten en karaktervorming van de spelers. We mogen trots zijn in Nederland op zo’n infrastructuur. Dankzij al die vrijwilligers."

Hans van Breukelen.

Dit artikel verscheen eerder in vakblad Sport & Strategie (editie 3-2018). Nieuwsgierig naar de rest van dit prikkelende vakblad voor bestuurders in de sport? Neem dan nu een abonnement.