In het vakblad Sport & Strategie (editie 3-2018) laten we een klaroenstoot klinken en brengen we met diverse artikelen een ode aan de sportvereniging, hoeksteen van de Nederlandse sportcultuur. In deze serie haalt een aantal prominenten uit de sport herinneringen op aan de sportvereniging(en) uit hun heden of verleden. Zij schilderen zo en passant het Nederlands sportlandschap door de jaren heen, met de vereniging als eeuwige constante. Aflevering 4: Jacques Brinkman.
"Winnen, verliezen, doorzetten, afzien; ik heb het allemaal geleerd bij de sportvereniging. Een betere leerschool en voorbereiding op het 'echte' leven is er niet. En dan is er natuurlijk de sociale component, met bijvoorbeeld je eerste vriendinnetje en het eerste kusje.
"Wanneer ik denk aan mijn jeugd op hockeyclub SCHC, dan zie ik mijn ouders die bardienst draaien op drukke zaterdagen. Ik moet eerlijk zijn: de emancipatie stond nog in de kinderschoenen, het waren toch vooral de moeders die achter de bar stonden. Inmiddels zijn de bars veelal uitbesteed of verpacht en een belangrijk verdienmodel om als vereniging het hoofd boven water te kunnen houden."
"We hockeyden in de jaren zeventig en tachtig nog op natuurgras. Wat lagen de strak gemaaide velden en witte krijtlijnen er prachtig bij. Met dank aan ‘onze’ groundsman Frans Haandrikman. Vooral de cirkels waren verboden terrein wanneer er geen wedstrijden gespeeld werden. Ja, en dan is het dus juist aantrekkelijk om daar te oefenen. Het natuurgras is ingewisseld voor kunstgras. Alleen op hockeyclub HC Bloemendaal wordt zo heel af en toe nog op echt gras gespeeld."
"Historische kantines en clubhuizen zijn omgetoverd tot hypermoderne, multifunctionele sportcomplexen. De sportvereniging is er nu ook voor kinderopvang, huiswerkbegeleiding en als werkplek voor het bedrijfsleven. Contributies zijn van honderd gulden in de loop van tientallen jaren stapje voor stapje verhoogd naar dik 600 euro per jaar. De tophockeytoeslag is een bekend fenomeen met voor-en tegenstanders."
"Kortom, er is in vijftig jaar een hoop veranderd. Dan maakt het niet uit of het een tennis-, voetbal- of hockeyvereniging betreft. Maar wat tot in lengte van jaren kaarsrecht overeind blijft en nooit anders zal zijn: de liefde, passie en werklust van bestuur, leden en vrijwilligers zorgen samen voor een bloeiende sportvereniging 4.0."
Jacques Brinkman
Dit artikel verscheen eerder in vakblad Sport & Strategie (editie 3-2018). Nieuwsgierig naar de rest van dit prikkelende vakblad voor bestuurders in de sport? Neem dan nu een abonnement.