Het afgewaaide dak van het AZ-stadion in 2019 en zeker het ingestorte tribunedeel in het stadion van NEC op 18 oktober 2021 hebben de veiligheid van Nederlandse voetbalstadions definitief op de agenda gezet. Bij de start van het nieuwe seizoen heeft de KNVB de veiligheidseisen voor voetbalstadions aangescherpt. De onduidelijkheid over de eindverantwoordelijkheid voor de veiligheid in stadions blijft echter nog bestaan. De KNVB en stadionexperts wijzen daarom naar de overheid om naar Engels voorbeeld een onafhankelijk keuringsinstituut in te stellen.
Tijdens de Algemene Vergadering Betaald Voetbal op 22 juni zijn met twee besluiten de controle op de veiligheidseisen in stadions aangescherpt. Clubs moeten vanaf dit seizoen voldoen aan het Protocol Beoordeling Constructieve Veiligheid Stadions Betaald Voetbal van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, wat ook onderdeel is gemaakt van de licentie-eisen voor betaald voetbalorganisaties. Verder moeten clubbestuurders jaarlijks een verplichte opleidingsdag in het kader van stadionveiligheid volgen. Deze twee voorstellen kwamen voort uit de werkgroep veiligheid, die in maart werd ingesteld na het incident in het Nijmeegse Goffertstadion.
De KNVB liet in reactie op aangescherpte maatregelen weten dat ze die passend vinden bij de rol als competitie-organisator. "Een voetbalbond beschikt echter niet over de benodigde professionele bouwtechnische kennis om de veiligheid van stadions te toetsen. Daarvoor heeft de sector betaald voetbal de overheid nodig." De KNVB pleit daarom voor het Engelse model, waarbij de toetsing van de stadionveiligheid bij een onafhankelijke gespecialiseerde partij ligt.
In vakblad Sportaccom waarschuwden experts Ben Veenbrink en Frank Wijnveld eerder dit jaar al dat de controle en keuring van stadions in Nederland anders moet worden georganiseerd. "Want op dit moment voetballen we in onveilige stadions", aldus Wijnveld. Hij zat eerst bij de politie en was daarna tien jaar veiligheidsmanager bij PSV. In 2012 begon hij een eigen bedrijf, Crowd Professionals. Ook is hij directeur en mede-eigenaar van het Event Safety Institute. Met beide bedrijven richt hij zich op evenementenveiligheid en publieksmanagement op festivals, concerten, treinstations, musea en andere plaatsen waar het druk is. Ben Veenbrink, is stadionexpert en -consultant, gespecialiseerd in bouwkundige- en veiligheidsaspecten van een stadion; in 2019 was hij projectleider van de renovatie van het dak van het AZ-stadion. Beide experts zitten in de veiligheidscommissie van de UEFA en zijn betrokken bij de opleiding van security-officers en clubveiligheidscoördinatoren.
"In Nederland werken we met maar een splinter van de regels en criteria die in de UK van toepassing zijn"
Wijnveld: "Na de stadionrampen in de vorige eeuw is in Engeland het veiligheidsbewustzijn enorm toegenomen. De controle van stadions is in handen gelegd van de SGSA: Sports Grounds Safety Authority, een onafhankelijk en zelfstandig instituut met experts die zowel de stadions keuren als de veiligheidsorganisatie tijdens een wedstrijd inspecteren. Die experts doen het hele jaar audits bij alle clubs in het land, bezoeken wedstrijden en checken of de stadions in de juiste staat verkeren en goed worden onderhouden. Na elke check krijgen club en lokale overheid te horen wat er niet klopt aan de constructie. Of dat bijvoorbeeld de training van stewards beter moet. Engelse stadions krijgen dus permanent een expertview op het geheel. Door al die audits en keuringen beschikt de SGSA over een gigantische expertise, vastgelegd in de zogenoemde Green Guide (ondertitel: The Guide to Safety at Sports Grounds, red.), met daarin normen voor alle aspecten van een stadion: van barriers, vluchtwegen tot stoelrijdieptes. In Nederland werken we met maar een splinter van de regels en criteria die in de UK van toepassing zijn. Ook moeten festival- en evenementorganisatoren in ons land voor een vergunning aan meer en zwaardere eisen voldoen dan een bvo voor het spelen van wedstrijden."
Veenbrink en Wijnveld menen dat net als in Engeland de controle en keuring van stadions in handen moet komen van een zelfstandig, onafhankelijke instituut, dat alle stadions langs dezelfde meetlat legt, per stadion de risico’s inventariseert en stadioneigenaren tot aanpassingen en verbeteringen kan verplichten. Het initiatief tot zo’n instituut, vinden ze, kan alleen maar van het ministerie van Binnenlandse Zaken komen. Veenbrink: "De KNVB organiseert de competitie. Je kunt de bond, en de ECV en clubs evenmin, verantwoordelijk stellen voor de stadioninfrastructuur. Daar hebben ze ook de kennis niet voor. Dat is echt een taak van de overheid, want die gaat over bouwveiligheid. Maar de bedrijfstak zelf heeft natuurlijk ook verantwoordelijkheid. Want het zijn wel de clubsupporters wier veiligheid in het geding is. Je opent je stadion, laat 20.000 man of meer binnen en neemt daarmee de verantwoordelijkheid voor hun veiligheid op je."
"Door de incidenten van de afgelopen tijd is het veiligheidsbewustzijn in Nederland ontegenzeggelijk groeiende. KNVB en ECV kunnen dat bewustzijn verder vergroten door druk te zetten richting Binnenlandse Zaken om tot zo’n onafhankelijk keuringsinstituut te komen. Ook zou de overheid, net als in Engeland, kunnen besluiten om de gebruiksvergunning voor een wedstrijd voortaan op naam te zetten van de veiligheidscoördinator van de thuisspelende club. Als er iets misgaat, ligt zijn hoofd op het blok. Zo voorkom je situaties dat de commerciële afdeling van een club zegt: we kunnen in dit of dat vak nog wel 100 kaarten extra verkopen. Zo’n man zal dan zeggen: over mijn lijk. Want als er iets gebeurt staat hij voor de rechter!"
Wijnveld: "Veel Nederlandse clubs hebben op dit moment een tekort aan stewards. Velen zijn tijdens corona vertrokken. In Engeland zeggen ze: als je maar de helft stewards hebt, mag je ook maar de helft publiek binnenlaten. In Nederland blijven we gewoon iedereen binnenlaten. Sorry, zeggen de clubs dan, we hebben weinig stewards dus de service is even wat minder. Maar als er een noodgeval is, hoe krijg je de mensen er dan uit?"
Veenbrink: "Dat is nou precies waarom ze in Engeland de SGSA hebben. Omdat ze daar harde lessen uit het verleden hebben moeten leren. Daarom is het eigenlijk schandalig dat minister Ollongren na het NEC-incident alleen maar een briefje heeft gestuurd waarin ze clubs en stadioneigenaren vraagt tribunes aan te passen om overbelasting te voorkomen. Nee! Dat is je straatje schoonvegen. Als normen uit het Bouwbesluit, waarvoor het ministerie van Binnenlandse Zaken verantwoordelijk is, niet meer voldoen, dan moet je zélf de norm aanpassen en betere tools aanreiken om toe te zien op naleving. De beste tool is een onafhankelijk, zelfstandig keuringsinstituut."
Wijnveld: "Er is gelukkig al veel huiswerk gedaan in Engeland en Duitsland. Kijk daarnaar, neem de best practices over en zo kom je tot een Nederlandse versie van de Green Guide. Het is heus niet zo ingewikkeld, maar het moet wel even gebeuren."
Dit artikel is een bewerkte versie van een groter achtergrondverhaal over onveiligheid in voetbalstadions uit Sportaccom 1-2022. Meer verdiepende artikelen lezen over dit onderwerp? Neem dan nu een abonnement op Sportaccom.
Foto: Het AZ-stadion in Alkmaar op 27 augustus 2019 vanuit de lucht gezien nadat een deel van het dak eraf was gewaaid. Foto: Aerovista Luchtfotografie / Shutterstock.com