In het vakblad Sport & Strategie (editie 3-2018) laten we een klaroenstoot klinken en brengen we met diverse artikelen een ode aan de sportvereniging, hoeksteen van de Nederlandse sportcultuur. In deze serie haalt een aantal prominenten uit de sport herinneringen op aan de sportvereniging(en) uit hun heden of verleden. Zij schilderen zo en passant het Nederlands sportlandschap door de jaren heen, met de vereniging als eeuwige constante. Aflevering 8: Esther Vergeer
"Gewoon kunnen sporten is het mooiste wat er is. Waar je wil, met wie je wil en wanneer je wil. Het lijkt vanzelfsprekend te zijn in ons kleine kikkerlandje, maar niets is minder waar. Ik was 8 jaar toen ik in een rolstoel belandde en ook graag wilde sporten. Tennis Vereniging Woerden was enthousiast en wilde samen met mij proberen of ze mij ook een toffe sportbeleving konden geven. Dat lukte.
Te vaak hoor ik via de Esther Vergeer Foundation nog over vragen, onzekerheden en twijfels bij verschillende partijen hoe we de sportdeelname nu eens goed kunnen regelen voor iedereen (dus ook voor mensen met een beperking) in Nederland. Samenwerken is hierbij het sleutelwoord, denk ik. Waarbij commitment op alle lagen binnen de vereniging essentieel is voor langdurig succes.
Als dat eenmaal lukt, is er niks mooier dan het zien groeien van een kind dat wordt omarmd en opgenomen binnen een sportvereniging. Met knikkende knieën komen kinderen met een beperking vaak binnen bij de vereniging. Niet wetende wat ze wel en niet kunnen. Ook het gezin (de ouders, broertjes, zusjes) zijn vaak razendbenieuwd welke mogelijkheden er zijn. En dan de eerste sportlessen.
Uitproberen, succesbeleving en heel veel lol hebben zijn de ingrediënten. En dan bedoel ik niet de ingrediënten die een jongen of een meisje tot een talent maken. Nee, ik bedoel de ingrediënten die ze mee krijgen tijdens een tennisles en waarmee ze de rest van hun leven mooie gerechten kunnen maken. In iedere nieuwe omgeving, in iedere nieuwe omstandigheid, in iedere nieuwe groep van mensen zullen deze jongens en meisjes zich raad weten.
De sportvereniging is een mooie plek om samen te komen. Om van elkaar te leren, wellicht ergens heel goed in te worden. Maar mijn warmste herinnering aan Tennis Vereniging Woerden gaat over de veiligheid, geborgenheid en het jezelf kunnen zijn. Vrienden leren kennen, jezelf leren kennen. De sportvereniging is de plek waar je je kunt ontwikkelen als persoon. En met die ontwikkelingen kun je een heel leven verder, sta je sterker in de maatschappij. Lang leve de sportvereniging!"
Esther Vergeer
Dit artikel verscheen eerder in vakblad Sport & Strategie (editie 3-2018). Nieuwsgierig naar de rest van dit prikkelende vakblad voor bestuurders in de sport? Neem dan nu een abonnement.