De zaak rond mogelijk grensoverschrijdend gedrag en fysieke intimidatie door coaches in het Nederlandse topturnen onderstreept nog eens het belang van de Beroepscode voor trainers en coaches van belangenvereniging NLcoach. "De code is een permanente spiegel die wij elkaar en onszelf constant moeten voorhouden", zegt voorzitter van NLcoach Paul van Ass, die de hele sportwereld oproept om de code te omarmen.
De eerste twee artikelen van de Beroepscode, onderschreven door alle leden van de belangenvereniging en de bij NLcoach aangesloten bonden, zijn duidelijk: 'De train(st)er heeft de plicht alles te doen om de lichamelijke (artikel 1.1) en geestelijke (1.2) integriteit van de sport(st)er te waarborgen en alles na te laten wat die lichamelijke c.q. geestelijke integriteit schade kan berokkenen.'
"Het gaat vooral om de geest van de code, om de intentie erachter", zegt Van Ass. "Het is net als met de wet, het meeste weet je wel. Maar de code dient ook om ons coaches er continu aan te herinneren: zit ik wel op de goede weg, ben ik niet té grensverleggend in mijn aanpak? De Beroepscode is een spiegel voor iedereen die zich bezighoudt met training en coaching."
"Wij gaan graag in gesprek met sportbonden over de regels die wij onszelf als coaches opleggen en hoe het in de praktijk werkt"
Vaak ontbreekt een open gesprek over de aanpak van een coach, met de code als leidraad, vindt Van Ass. Tussen coaches onderling, maar ook tussen bond en coach. "Wij gaan graag in gesprek met sportbonden over de regels die wij onszelf als coaches opleggen en hoe het in de praktijk werkt. Daardoor kun je eventuele misstanden in een vroeg stadium signaleren en waar nodig bijsturen. Je haalt dan al vroeg de scherpe randjes eruit. Zo voorkom je dat bepaalde situaties onveranderd doorgaan en na tien jaar ineens exploderen, zoals nu in het turnen is gebeurd. Met betreurenswaardige schade voor alle betrokkenen: sporters, coaches en bonden."
Van Ass, die vorig najaar aantrad als voorzitter van NLcoach, ziet daar een nadrukkelijke rol voor zijn vereniging. "Van coaches, voor coaches, door coaches, dat is het mooiste aan NLcoach. Voor top én breedtesport. Wij hebben de kennis en ervaring, zijn ongebonden. We zijn voor niemand een bedreiging. Maak daar gebruik van. Een bond zou tegen ons kunnen zeggen: doe eens een quick scan van onze trainersorganisatie en -aanpak. Dan kunnen we daarmee aan tafel, wij zijn een onafhankelijke gesprekspartner."
Juist ook vanwege die onafhankelijkheid zou de belangenvereniging ook een bondsoverschrijdend meldpunt kunnen zijn voor sporters die te maken krijgen met ongewenst gedrag van hun coach. "Bij je eigen sportbond weet je toch nooit precies in hoeverre een melding misschien tot repercussies leidt", aldus Van Ass, die het voorzitterschap van NLcoach onder meer combineert met zijn werk als coach bij de Haagse hockeyclub HGC.
Totaal verrast over de ontwikkelingen in het turnen is hij niet. "Laat ik vooropstellen: ik ben geen expert in de turnwereld. Maar ik volg de sport wel als geïnteresseerde buitenstaander. Een jaar of vijftien geleden is in het turnen gekozen voor het Oost-Europese model. Want daar was turnen succesvol en dat wilden wij in Nederland ook. Dus zijn ze op die manier aan de slag gegaan. In die tijd was de Oost-Europese aanpak anders, strenger, dan wat we hier nú goed vinden. In de drang naar succes zijn daarbij misschien grenzen té veel verlegd en zaken uit de hand gelopen. Met de kennis van nu spreken we daar schande van, maar er was al die tijd ook een bepaalde vibe in het turnen, Nederland wilde naar de wereldtop. En dat lukte ook. De manier waarop qua trainingsaanpak, met de uitwassen die we nu kennen, is daarbij te veel op de achtergrond terechtgekomen. Ook dat onderstreept het belang van een open gesprek over ons werk als coaches", zegt Van Ass.
De limiet opzoeken, grenzen verleggen, het hoort óók bij topsport. Is vaak zelfs een voorwaarde voor succes. "En als er medailles gewonnen worden, vinden we dat fantastisch", aldus Van Ass. "Maar de keerzijde is dat je soms ongemerkt, stapje voor stapje te ver kunt gaan. Zeker als het gaat over jonge kinderen van 10, 11 jaar oud zoals in turnen. Die vereisen een andere aanpak dan volwassen sporters. Ook daarom is het belangrijk om te kijken naar het proces erachter en de dialoog aan te gaan met coaches en staf."
Turnbond KNGU heeft inmiddels het topsportprogramma stopgezet en laat een onafhankelijk onderzoek uitvoeren. "Het is goed dat de turnbond zegt: tot hier en niet verder en nu om de tafel gaat", vindt Van Ass. "Maar zoals ik al zei, dat had eigenlijk eerder gemoeten. Dan was veel ellende mogelijk voorkomen. Maar wij zouden als NLcoach nu graag meepraten over het vervolg." De KNGU is een van de bonden die de beroepscode van NLcoach integraal hebben opgenomen in het eigen reglement. "Ik wil eigenlijk alle coaches en de hele sportwereld, dus sportbonden, NOC*NSF en het ministerie van VWS oproepen dat te doen en onze code te omarmen. Het zou een belangrijke stap zijn om de sport een stukje veiliger te maken", aldus Van Ass.
Ga voor de volledige Beroepscode voor trainers en coaches naar NLcoach.
Foto: Sebastiaan ter Burg - Flickr: Kracht in Nederland Parade