"Een monocultuur is nergens goed voor, daar wordt niets beter van"

Vincent Luyendijk pleit voor een nieuwe ruimtelijke meeteenheid: de maatschappelijke waarde per vierkante meter

© Elizabeth Wattimena Fotografie

Het creëren van een gezonde leefomgeving is een per definitie domeinoverstijgend vraagstuk, aldus Vincent Luyendijk, strateeg en adviseur duurzaamheid in vakblad SPORTACCOM. Duurzame oplossingen kunnen alleen tot stand komen door samenwerking tussen enerzijds (sport)organisaties en gemeenten en anderzijds tussen gemeentelijke afdelingen. Haal schotten weg, vorm coalities, is zijn boodschap. “Onderliggend willen we allemaal hetzelfde en dat is dat mensen gezond en gelukkig zijn.”

In 2016 richtte Luyendijk Horizons op, ‘Innovatienetwerk voor een duurzame toekomst’ (zie www.horizons.eco). “Met teams van ondernemers, ontwerpers, experts en onderzoekers staan we organisaties en steden bij om te bouwen aan een duurzame leefomgeving”, licht hij toe. “We combineren strategische ervaring met een pragmatische aanpak op thema’s als ‘vitale steden, duurzame mobiliteit, energie, sport, natuur en ecologie’.” Horizons staat onomwonden voor een ‘gezonde, duurzame leefomgeving’ en de omslag in denken die daarvoor nodig is. “In het verleden zijn op het vlak van de ruimtelijke ordening in ons land keuzes gemaakt die, als je er nu naar kijkt, niet altijd de allerbeste waren”, zegt Luyendijk diplomatiek. “Bijvoorbeeld hoe we de publieke ruimte alom hebben opgeofferd aan de auto, ten koste van het fietsverkeer.” Dezelfde eenzijdigheid ziet hij terug in de aanleg van sportparken en -accommodaties. “Dat is jarenlang een soort monocultuur geweest. Zo van: we zetten er een hek omheen en daarachter is alleen sport. Vandaar de stereotiepe inrichting: strakke, vierkante velden, wat bomen eromheen. Een quasi-groene monocultuur die met een gezonde, groene leefomgeving niets heeft te maken en ten koste gaat van de biodiversiteit.”

Procesbegeleider

Luyendijk houdt onvermoeibaar spreekbeurten over een gezonde, duurzame leefomgeving op scholen en bij organisaties die hem boeken voor een gastoptreden. Even onvermoeibaar brengt hij op LinkedIn relevante studies en ontwikkelingen onder de aandacht. Daarnaast is hij een veel gevraagd intermediair tussen gemeenten en maatschappelijke organisaties (waaronder vaak ook sportclubs en -organisaties) of tussen gemeentelijke afdelingen onderling. En dan niet als een gewiekste dagvoorzitter die een discussie aan elkaar praat, maar als een inhoudelijk geschoolde debater die van de hoed en de rand weet. “Vaak gaat het om partijen, organisaties, afdelingen die inzien dat ze met elkaar moeten samenwerken, om echt ergens te komen. En dan vragen ze mij om dat proces te begeleiden. Bij gemeenten gaat het vaak om afdelingen die moeten leren sámen over een onderwerp na te denken in plaats van ieder afzonderlijk. Ontschotting heet dat: het deelperspectief vervangen door een gemeenschappelijk perspectief. Dat klinkt eenvoudig, maar een nieuw perspectief roept ook nieuwe vragen op: waar moet elke afdeling dan op sturen? Hoe doe je dit integraal? Met wie werk je samen?”

"Ruimte is schaars geworden. En dan realiseer je je al snel dat aan monocultureel ingerichte ruimtes heel goed andere functies kunnen worden toegevoegd"

Vincent Luyendijk

Procesbegeleiding op dit vlak vergt permanente scholing. "Op dit moment ben ik bijvoorbeeld bezig met een opleiding Integraal Waterbeheer. Een intensief traject, via de Waterschappen, met een zwaar examen. Maar wel noodzakelijk. Want als je het over een gezonde leefomgeving hebt, kom je onherroepelijk uit bij het thema water. In mijn kennis daarvan zat best wel een hiaat. Omdat water een van de grote thema’s is en nog veel groter gaat worden, wil ik het ook beter begrijpen. Ik ben scherp op onderwerpen waar ik te weinig van weet om er met fatsoen iets van te vinden. Dat los ik op door te zoeken naar plekken waar ik me kan bijspijkeren."

De maatschappelijke waarde per vierkante meter

Terug naar die door hem geconstateerde ‘monocultuur’ van sportparken en -accommodaties. "Een monocultuur is nergens goed voor, daar wordt niets beter van”, zegt Luyendijk beslist. "Het is een ouderwetse manier van denken, bijna tegengesteld aan de principes van natuurinclusief en duurzaamheid, die uitgaat van een zo efficiënt mogelijke benutting van ruimte. Ervan uitgaande dat er genoeg ruimte is. En dat is tegenwoordig juist het probleem: die ruimte is er niet meer, ruimte is schaars geworden. En dan realiseer je je al snel dat aan die monocultureel ingerichte ruimtes ook heel goed andere functies kunnen worden toegevoegd. Dat is ook het idee achter ‘open’ of ‘vitale’ sportclubs: zorgen dat er op voor sport bestemde ruimte meer gebeurt dan alleen sport. Bijvoorbeeld door een sportgebouw ook te gebruiken voor kinderopvang of huiswerkbegeleiding."

Luyendijk pleit voor een nieuwe ruimtelijke meeteenheid: de maatschappelijke waarde per vierkante meter. "En dan niet wat een vierkante meter ruimte op de korte termijn aan waarde oplevert, maar juist vooral op de lange termijn. Met zo’n waardemeting wordt het interessant om te kijken naar de openbare ruimte en naar plekken die monocultureel zijn ingericht, zoals sportaccommodaties. Als je je afvraagt hoe die ruimte maximaal ingezet kan worden voor de maatschappelijke behoefte, de brede welvaart van mensen, dan ontstaat er een heel nieuw gesprek. Dan kan het best zo zijn dat sport na natuur of groen de tweede of derde functie wordt op zo’n park of accommodatie en dat dat helemaal niet erg hoeft te zijn."

Eerste viool spelen

Nederland telt 25.000 sportparken- en accommodaties. Eén procent van onze nationale oppervlakte, ruim 300 vierkante kilometer, is sportterrein. Luyendijk ervaart dat de bereidheid van clubs en verenigingen om over de eigen schutting heen te kijken en samen met de afdeling groen, klimaat of buitenterrein in hun gemeente te zoeken naar een bredere, maatschappelijker benutting van hun accommodaties, groot is. "Iedereen die ik spreek is hiervoor te porren, anders zouden ze mij ook niet inschakelen. Ze zijn vooral op zoek naar een manier om dat gesprek te openen: hoe kunnen wij hier als sport een rol in vervullen?"

Bij de afdelingen sport en bewegen van gemeenten is die bereidwilligheid minder groot. "Daar heeft men nog sterk de neiging om sport als oplossing voor alle problemen te zien. Als ik met een afdeling sport op bezoek ga bij een andere gemeentelijke afdeling, zeg ik meestal vooraf: ga nou niet meteen alleen over sport praten. Zoek naar vragen en uitdagingen waar de mensen op deze afdeling mee te maken hebben. En stel de vraag: kunnen we daar vanuit sport en bewegen eventueel een rol in spelen? In plaats van eerste viool te spelen en jezelf te presenteren als: wij zijn de oplossing. Dat is echt een andere vorm van een gesprek voeren."

Efficiency

De slag om de ruimte wordt naar de mening van Luyendijk extra op de spits gedreven omdat veel ruimte in ons land zo obsessief-eenzijdig op basis van efficiency is ingericht. "We moeten op straat zo snel mogelijk van a naar b. Mais moet zo snel mogelijk kunnen groeien om als veevoer te dienen. In stallen moet zoveel mogelijk vee per vierkante meter gehouden kunnen worden. Waar je ook kijkt, overal is die slag om de ruimte gaande en overal zitten we vast aan oude keuzes. Vandaar mijn pleidooi voor een manier om de maatschappelijke waarde per vierkante meter te meten. Vraag je naar de maatschappelijke waarde op lange termijn, dan krijg je ongetwijfeld een andere uitkomst dan wanneer je vraagt naar die waarde op korte termijn. En maak je andere keuzes. Dan bouw je geen grote distributiecentra, zet je het mes in de intensieve veehouderij en blijf je weg van elke monocultuur. Dan stem je je keuzes veel meer af op het belang van de natuur en voeg je aan ruimte zoveel mogelijk verschillende bestemmingen en functies toe."

Foto boven artikel: Elizabeth-Wattimena-Fotografie

Dit interview is in ingekorte versie van een groter artikel uit de SPORTACCOM special over natuurinclusieve sportlocaties. Blader hier door de digitale editie van dit magazine.

Meer lezen over dit thema. Lees dan hier het verslag van de Kennisdag Natuurinclusieve Sportlocaties:

Lees ook deze opinie van Vincent Luyendijk met zijn kijk op de actieve buitenruimte: