In december of uiterlijk januari buigt de Tweede Kamer zich over het nieuwe curriculum. De KVLO (Koninklijke Vereniging voor Lichamelijke Opvoeding) heeft goede hoop dat de bouwstenen voor het leergebied Bewegen en Sport worden omgezet in kerndoelen en in de wet worden opgenomen. Of zoals voorzitter Stella Salden de verwachting tactisch formuleert: "Het zou jammer zijn als dit traject geen vervolg zou krijgen. We roepen de Tweede Kamer dan ook op om de kansrijke leergebieden, zoals Bewegen en Sport, te waarderen met een vervolgtraject, waarbinnen kerndoelen en eindtermen op basis van de voorliggende bouwstenen hun plek kunnen krijgen voor de wettelijke borging van de kwaliteit."
Het oude curriculum dateert inmiddels alweer van vijftien jaar geleden. Vanaf maart 2018 hebben verschillende ontwikkelteams per leergebied anderhalf jaar gesleuteld aan de benodigde kennis en vaardigheden voor de hervormingen. Deze negen leergebieden betreffen Nederlands, Engels/Moderne vreemde talen, Rekenen en Wiskunde, Burgerschap, Digitale geletterdheid, Mens en Maatschappij, Mens en Natuur, Kunst en Cultuur en Bewegen en Sport. De ontwikkelteams kregen onder meer ondersteuning van leerplanspecialisten.
De voorstellen zijn beperkt tot de kern van wat leerlingen moeten leren, waardoor leraren meer ruimte krijgen voor eigen invulling. Daarnaast verbetert de overgang basisonderwijs naar voortgezet en vervolgonderwijs én de samenhang tussen leergebieden. 'Knap werk', zo reageert Stella Salden over de bijdrage van het ontwikkelteam Bewegen en Sport. 'Positief', zo spreekt directeur Cees Klaassen van KVLO zijn waardering uit over het actualiseren van het curriculum.
Als vakorganisatie was de KVLO intensief en nauw betrokken bij de hervormingen voor het leergebied Bewegen en Sport. Goed leren bewegen is immers de belangrijke basis voor een goede en brede motorische ontwikkeling. Andere bouwstenen zijn gezond bewegen, bewegen betekenis geven, bewegen regelen, samen regelen en contexten van bewegen. Of zoals het rapport het overzichtelijk samenvat: "Een leven lang met plezier bewegen is de missie voor het nieuwe curriculum. Als basis voor een leven lang met plezier bewegen is het nodig dat leerlingen ontdekken wat ze leuk vinden, waar ze goed in zijn en hoe ze hier vorm aan willen en kunnen geven. Zo ontwikkelen ze hun eigen beweegidentiteit, vergroten ze hun mogelijkheden om deel te nemen aan allerlei soorten beweegactiviteiten en leren ze gerichte keuzes maken. Goed leren bewegen, dat is en blijft het belangrijkste doel van het leergebied."
Volgens Cees Klaassen is er "heel goed geluisterd naar ons", waarmee hij doelt op de voorstellen voor de noodzakelijke veranderingen ten opzichte van het verouderde programma. "Het is allemaal wat concreter, breder ook geworden en meer aangepast aan deze tijd. Concreter en breder vooral als handvatten voor het lesgeven van docenten." Naar zijn mening waren de bouwstenen in het vorige programma veel te mager, zoals hij dat benadrukt. "Nu zijn er meer keuzes in het aanbod van activiteiten. Dat maakt eenzijdig lesgeven onnodig en overbodig. Het is van het grootste belang dat de leraren de kinderen voldoende les en vaardigheden kunnen meegeven voor later."
"Nu zijn er meer keuzes in het aanbod van activiteiten. Dat maakt eenzijdig lesgeven onnodig en overbodig"
En voorzitter Stella Salden: "Het ontwikkelteam Bewegen en Sport heeft met steun en begeleiding van de SLO (Stichting voor Leerplan Ontwikkeling) knap werk verricht met het formuleren van bouwstenen, die herkenbaar zijn voor de praktijk van bewegingsonderwijs en LO. Het is mooi dat de vakdocenten uit het ontwikkelteam hebben laten zien dat zij de input en feedback vanuit onze leraren en feedbackgroepen hebben gebruikt en verwerkt. Daarmee is een gedragen geheel ontstaan dat uitwerking verdient en in de praktijk kan worden doorontwikkeld."
De huidige tijd belaagt volwassenen en kinderen met tal van technologische (hulp)middelen als mobiele telefoons, tablets en computers, waardoor zij vaak en meer zitten en (te) weinig in beweging komen. Dat beaamt ook het lijvige document van zestig pagina’s. "Mensen worden steeds minder uitgedaagd om te bewegen. Mede door technologische ontwikkelingen, zoals smartphones, ervaren volwassenen en kinderen steeds minder uitdagingen om fysiek actief te zijn. Dit is ook zichtbaar bij leerlingen op school. De beweegvaardigheid wordt minder. Daarom vinden wij het belangrijk dat kinderen met plezier leren te bewegen, zodat ze dat later ook blijven doen."
Gym mag nooit ontbreken op het schoolrooster. Twee uur gymnastiek per week beoordeelt Cees Klaassen als het absolute minimum. "Ik heb liever drie uur in de week of nog liever elke dag een uur. Maar twee uur in de week is voor mij minimaal", aldus de directeur. Maar ook hij weet dat zo’n 25 tot 35 procent van de scholen nog altijd de kinderen één uur in de week naar het gymlokaal stuurt. Ofwel 400.000 kinderen, bij wie de motoriek daardoor sterk verslechtert.
Na de onderbouw en het basisonderwijs (kinderen tot 14 jaar) heeft de KVLO recent aanbevelingen voor het leergebied Bewegen en Sport geformuleerd voor de bovenbouw van het voortgezet onderwijs. "Een nieuw ontwikkelteam zal hiermee in het voorjaar aan de slag gaan", garandeert Cees Klaassen, die vol goede moed uitkijkt naar het komende debat over het nieuwe curriculum in de Tweede Kamer.
Ga voor het volledige voorstel op het leergebied Bewegen en Sport naar Curriculum.nu