De eerste Nederlander die Parijs-Roubaix won

Zondag wordt voor de 118e keer Parijs-Roubaix verreden. In 1964 won Peter Post als eerste Nederlander deze koers. De Amsterdamse slagerszoon reed in een recordtempo en had hierna de hoop wereldkampioen te worden.

De eerste editie werd in 1896 georganiseerd en was direct een internationaal succes, zo schrijft Herman Chevrolet in De Klassiekers (Amsterdam, 2011): "De Duitser Joseph Fischer won, voor de Deen Charles Meyer." De eerste premie van deze Franse koers werd volgens Chevrolet betaald door een wereldberoemd schrijver. "Langs het parcours stond een aandachtige toeschouwer, Jules Verne. Hij was onder de indruk van de stofwolken die het spektakel veroorzaakte, trok te Amiens zijn portefeuille en betaalde de allereerste premie van Parijs-Roubaix."

Valpartij

Het had overigens weinig gescheeld of niet Peter Post, maar Mathieu Cordang zou als eerste Nederlander Parijs-Roubaix winnen. De Limburger vocht in 1897 op de wielerbaan van Roubaix met Fransman Maurice Garin om de eindzege. Chevrolet: "De aankomst op de wielerbaan is regelmatig spectaculair, toen ook al. Cordang praatte wat met Maurice Garin, versnelde en reed de Fransman los. Toen viel Cordang plots van zijn fiets, en won Garin alsnog."

Een valpartij voorkwam dus een eerste Nederlands succes. Daar moest Nederland nog tot een winderige aprildag in 1964 op wachten. Raoul De Groote schrijft hierover in Parijs Roubaix (Tielt, 2018): "De editie van 1964 zal de geschiedenis ingaan als die waarin de wind de renners naar Roubaix blies. Het snelheidsrecord dat er wordt gevestigd – 45, 129 kilometer per uur gemiddeld – zou standhouden tot de overwinning van Greg van Avermaet in 2017." Mede dankzij die wind ontving Post de Gele wimpel, de onderscheiding voor het hoogste uurgemiddelde in een internationale klassieker.

Ook al is Post tot dan toe vooral succesvol als baanwielrenner, de overwinning op de weg kwam niet voor iedereen helemaal uit de lucht vallen. Reeds in 1962 had de Belgische wielergrootheid Rik van Looy het wegtalent van Post ingezien. Volgens hem bezat Post de klasse om wereldkampioen op de weg te worden.

Finale

Twee jaar na deze uitspraak streed Post in de finale van Parijs-Roubaix met de drie Belgen Benoni Beheyt, Yvo Molenaers en Willy Bocklant, om de overwinning. Post, de Koning van de Zesdaagsen, maakte hierbij dankbaar gebruik van zijn ervaring op de piste en won vrij gemakkelijk de eindsprint.

Het hoofdstedelijke Parool was maar wat trots op de prestatie van deze zoon van een Amsterdamse slager: ‘Peter Post is een selfmade man, die het in zijn sport door wilskracht, opoffering en talent tot een grote hoogte heeft gebracht. Zijn fiets moest er destijds komen met eigen gespaarde centen, omdat vader Post niet bepaald een wielerliefhebber was. Post heeft altijd voor zijn sport geleefd, zijn prestaties zijn een regelrecht gevolg van zijn serieuze leefwijze.’

Wereldkampioen?

Tucht, discipline en regelmaat dus. Volgens Het Parool had Post na zijn eerste klassiekeroverwinning één grote wens: de wereldtitel op de weg. Ondanks de verwachting van Van Looy en de hoop van Post zelf, zou die nooit in vervulling gaan. Post zou ook nooit meer een klassieker winnen.

Hij is wel de geschiedenis ingegaan als een van de beste zesdaagserenners ooit en als de succesvolste ploegleider die Nederland ooit heeft gekend. Niet slecht voor een slagerszoon, die zelf zijn racefiets bij elkaar moest sparen.

Fotobijschrift: Peter Post bij de Zesdaagse van Rotterdam 1971. Foto: Hans Peters/ Anefo, Nationaal Archief.