Deze week is de loting van het WK voetbal in Qatar. De aanloop verloopt zeer rumoerig, net als een kleine halve eeuw geleden toen Argentinië gastheer was.
In het Olympisch Stadion wordt vandaag een petitie overhandigd aan de KNVB om het WK voetbal vanuit Qatar te verplaatsen, onder meer vanwege de duizenden doden die er zijn gevallen tijdens de bouwwerkzaamheden voor de infrastructuur van dit toernooi. Er is al jarenlang discussie over de organisatie, wat opmerkelijk veel doet denken aan de internationale protesten tegen het WK van 1978 in Argentinië, in die tijd een vreselijke dictatuur met duizenden vermiste politieke gevangenen. Nota bene de KNVB zelf kwam toen met het voorstel om dit wereldkampioenschap te verplaatsen naar Nederland en België, in samenwerking met de KBVB.
De toewijzing van het WK voetbal van 1978 aan Argentinië was nog onder de verantwoordelijkheid van Sir Stanley Rous, FIFA-president van 1961 tot en met 1974. Al op 6 juli 1966 besloot de FIFA namelijk voor de eerste keer dat dit evenement door Argentinië moest worden georganiseerd, maar liefst twaalf jaar van tevoren. Dat wil niet zeggen dat de voorbereidingen vanaf dat moment gesmeerd liepen. Integendeel, want door aanhoudende politieke onrust, staatsgrepen, aanslagen en hyperinflatie kreeg de organisatie bijna elke dag opnieuw internationale kritiek, óók van de FIFA.
Keer op keer volgde daarom een herbevestiging dat Argentinië toch écht door mocht gaan met de voorbereidingen, om te beginnen in een brief van de FIFA aan Armando Ramos Ruiz van de Argentijnse voetbalbond in september 1968. Een jaar later gebeurde dat opnieuw, maar toch kwam het WK in de zomer van 1974 serieus in gevaar na het overlijden van president Juan Peron en de machtsovername van zijn vrouw Isabel. Binnen enkele maanden vielen er zo’n 140 dodelijke slachtoffers bij gewelddadige confrontaties, zowel aan de linker- als rechterzijde. Tijdens een bezoek van hoge FIFA-officials in oktober dat jaar was er een grote politiemacht op de been uit angst voor ontvoeringen of aanslagen.
Binnen deze verwarring grepen Nederland en België eind 1974 de kans om de organisatie van het wereldkampioenschap over te nemen, in de tijd dat het voorzitterschap van de FIFA net was overgenomen door João Havelange. In een gezamenlijke verklaring meenden de bonden dat de FIFA inmiddels genoeg had van de aanhoudende politieke en financiële problemen in Argentinië. Ze wisten zelfs voor 99,9% zeker dat de FIFA daarom in april 1975 het WK zou terughalen uit Argentinië, waarna Nederland en België het over konden nemen. KNVB-voorzitter Wim Meuleman en zijn Belgische collega Loucien Wouters spraken al over de mogelijke speelsteden, waarvoor Antwerpen, Brussel, Luik, Brugge, Amsterdam, Eindhoven, Enschede, Den Haag, Rotterdam en Utrecht werden aangewezen.
De nieuwe FIFA-voorzitter had dit doortastende optreden van de KNVB en KBVB met vreugde verwelkomd, aldus Meuleman. Dit optimisme werd diezelfde week nog ontkracht door diezelfde Havelange, die zei dat de FIFA niet bezig was met een verhuizing. Aarzelend gaf Meuleman daarna toe dat Nederland en België vooralsnog vooral met zichzelf bezig waren geweest. "We hadden natuurlijk eerst kunnen gaan lobbyen, maar we hebben het om geen tijd te verliezen bewust hard op tafel gegooid."
En zelfs in eigen land was het voorstel niet voorgekookt, bleek uit de reactie van premier Joop den Uyl. Hij haalde het hele idee van een wereldkampioenschap in Nederland en België genadeloos door de gehaktmolen. Den Uyl was dan ook niet van plan om er geld voor uit te trekken. "Hij vond een grote uitbreiding van zeker vijf stadions tot een capaciteit van ongeveer 50.000 gekkenwerk", vatte de Leeuwarder Courant kort en bondig samen.
Toch bleven de Nederlandse en Belgische voetbalbond er nog lange tijd gewoon vanuit gaan dat zij de organisatie van 1978 over zouden nemen, maar keer op keer reageerde de FIFA met de herbevestiging dat het wereldkampioenschap in Argentinië zou zijn. In 1978 bleek dat inderdaad zo te zijn.
Fotobijschrift: FIFA-voorzitter João Havelange komt aan op Schiphol en wordt begroet door KNVB-voorzitter Wim Meulenman. Foto: Rob Bogaerts / Anefo, Nationaal Archief (CC).