Vanaf 1 juli mogen we eindelijk weer voetballen. Om dit te vieren moeten er door heel het land toernooien komen, net als in de zomer van 1945. Ook toen vierde het voetbal namelijk de herwonnen vrijheid, met als hoogtepunt de Zilveren Bal bij Sparta.
De Zilveren Bal is het beste te vergelijken met het huidige bekertoernooi, maar dan verspreid over drie speeldagen op één locatie. Sparta organiseerde het in 1901 voor de eerste keer, toen voetbal enkel nog werd gespeeld door amateurs. De Zilveren Bal was een invitatietoernooi van de Rotterdamse club, waarvoor de sterkste voetbalclubs uit Nederland werden uitgenodigd. In een knock-out systeem werd op drie achtereenvolgende zondagen bepaald wie de trofee zou winnen.
Het toernooi was toonaangevend en werd tot 1956 bijna onafgebroken georganiseerd, zelfs in álle oorlogsjaren. Een van de meest opmerkelijke edities is die van de zomer van 1945. Nederland was net geheel bevrijd en overal werden er lokale toernooien georganiseerd. Er kon tenslotte nog amper worden gereisd en zo werd er in Amsterdam voor de Arol-beker en de Jan van Eck beker gespeeld, in de regio Haarlem voor de Spaarnebeker en in het Gooi voor de Nieuwe Dagcup. Iedereen wilde zo snel mogelijk weer naar buiten om elkaar onder ontspannende omstandigheden te ontmoeten, net als nu na drie maanden lock down. Dan is niets zo gezellig als een bezoek aan een lokaal voetbaltoernooi.
In Rotterdam was die behoefte 75 jaar geleden niet anders. Begin september 1945 schreef het huisblad van de voetbalbond, Sportkroniek: "De eindstrijd om den Zilveren Bal vond zondag onder ideale omstandigheden plaats en vormde door zijn sportief en spannend karakter een waardig besluit van het toernooi." Er kwam veel publiek op af. "De belangstelling was zeer groot en als een verheugend bewijs, dat er intusschen iets veranderd is, zagen wij op de officiële tribune tal van gezichten, die wij in de afgelopen jaren zoo noode hebben gemist." Burgemeester Oud van Rotterdam, die na vier jaar zijn ambt had hervat, was één van de eregasten.
De finalewedstrijd ging tussen BBV (Den Bosch) en DFC (Dordrecht). Sportkroniek was enthousiast: "Bij allen lof, die den Bosschenaren toekomt, willen wij geenszins beweren, dat hun spel vlekkeloos was. Technisch was het ongetwijfeld minder dan dat der Dordtenaren, maar naarmate de wedstrijd vorderde, won BVV het in snelheid en enthousiasme en dat waren de wapens, waartegen DFC het tenslotte op duidelijke wijze moest afleggen." DFC werd uiteindelijk dan ook met 4-1 geklopt.
De daaropvolgende prijsuitreiking werd groots aangepakt, een spektakel op zich in aanwezigheid van onder meer Oud en KNVB-voorzitter Karel Lotsy. Dhr. C. W. van Hasselt van de Zilveren Bal Commissie memoreerde in het kort aan de oorlogsjaren. "Hij verzocht de gevallenen te herdenken, waaraan met eenige oogenblikken stilte gevolg gegeven werd. Hij richtte woorden van dank tot allen, die aan het welslagen van het toernooi hun medewerking hadden verleend en constateerde met genoegen, dat geen enkele wanklank zich had laten hooren."
Een lange periode van spanning en stilte werd zo in 1945 beëindigd door voetbaltoernooien door heel het land. Dat zou nu ook weer prima kunnen, na maanden van coronaquarantaine. Er is tenslotte opnieuw een enorme behoefte aan sociaal contact én voetbal. Organiseer daarom regionale evenementen, vooral zodat mensen niet onnodig ver hoeven te reizen. Met als hoogtepunt voor één keer weer een gloednieuwe editie van de Zilveren Bal op het terrein van Sparta.
Fotobijschrift: Uitreiking zilveren bal aan Krijgh BVV door Kees van Hasselt. Foto: Harry Pot / Anefo, Nationaal Archief.
Elke sport heeft rugnummers, maar zonder een naam zijn het slechts cijfers. In de rubriek Rugnummers duiken sporthistorici Jurryt van de Vooren en Micha Peters daarom wekelijks in bijzondere verhalen, prestaties en gebeurtenissen uit de sportgeschiedenis. Ook dit soort verhalen op maat voor je eigen sportorganisatie? Neem dan contact met Arko Sports Media voor de mogelijkheden.