"Schoolkinderen zeggen na een clinic: 'ik wil ook op karate!'"

Sporthelden op School: in de klas kennismaken met sport door clinics van topsporters

Waterpoloster Simone van de Kraats, die bij 1000 basisschoolkinderen in Wageningen bewondering oogst voor haar verse olympische bronzen medaille. Hoogspringer Ridzert Punt, die groep 7 en 8 van basisschool MariaSchool Rotterdam naar grote hoogte laat springen. Of karatekampioen Danique van Limbeek, die twee schoolklassen weet te enthousiasmeren voor haar sport. Het zijn zomaar wat eerste voorbeelden van het project Sporthelden op School, waarbij een clinic van een topsporter en een beweegdeal met de klas een blijvende beweging in gang kan zetten. Zo wordt een brug geslagen tussen top- en breedtesport.

Wat in 2021 begon als een proefballonnetje op Twitter van sportjournalist Thijs Zonneveld, heeft ondertussen serieuze vormen aangenomen. Vincent Karremans, staatssecretaris Jeugd, Preventie en Sport, benoemde Sporthelden op School zelfs in zijn najaarsbrief 'Sport en Bewegen' als een goed voorbeeld om kinderen en jongeren te inspireren meer te gaan bewegen. Het was ook dankzij een startsubsidie van het ministerie van VWS dat het boekingsplatform van Sporthelden op School werd gelanceerd. Op verschillende scholen, waaronder een groot aantal in Rotterdam, zijn afgelopen jaar al energieke clinics gegeven. Initiatiefnemers Vincent Luyendijk en Thijs Zonneveld hebben in deze opstartfase gemerkt dat bij scholen, sportbedrijven, gemeenten en sportbonden de behoefte aan een dergelijk project alleen maar is gegroeid. "Ik ben er zelf ook van overtuigd dat het essentieel is om top- en breedtesport te verbinden om kinderen meer te laten bewegen", aldus Zonneveld.

Kinderen 'aanzetten'

Sporthelden op School heeft niet als doel om de volgende topsporters op te leiden. Ze willen vooral kinderen aan het sporten en bewegen krijgen. De inzet van topsporters bij dat doel heeft weer een maatschappelijke meerwaarde, geeft Vincent Luyendijk aan: "We hebben niet de ambitie om iedereen zoveel en goed mogelijk te laten sporten. We willen vooral ook laten zien dat er meer zit in een topsporter dan alleen zijn of haar carrière. Zij kunnen ook iets betekenen voor de maatschappij. Dat is soms niet heel erg zichtbaar. Dat proberen we te veranderen. Heel veel sporters voelen dat wel. Ze nemen hun verantwoordelijkheid om jonge sporters mee te nemen in hun verhaal. Of daar nu een sporter uit komt maakt niet uit, als die kinderen maar aangezet worden door die sporter die voor de klas komt."

"We willen vooral ook laten zien dat er meer zit in een topsporter dan alleen zijn of haar carrière"

Vincent Luyendijk

Het platform is zo ingericht dat het aanmelden voor die topsporters net zo makkelijk is als het invullen van hun trainingslogboek Luyendijk: "Sporters kunnen hun beschikbaarheid aangeven en in welke straal ze inzetbaar zijn. Het is belangrijk dat de topsporter in de lead is." Ze krijgen zo al steeds meer aanmeldingen van topsporters die graag meedoen. Aan de vraagkant haken ook steeds meer gemeenten, provincies, losse scholen en losse initiatieven aan.

Sportbedrijf Rotterdam is bijvoorbeeld al een enthousiaste partner. "Vanuit Sportbedrijf Rotterdam organiseren wij vele sportclinics, maar deze van Sporthelden op school zijn extra bijzonder. Fantastisch dat de topsporters die op een EK, WK, de Olympische spelen of de Paralympische spelen hebben gestaan tijd in hun volle agenda maken voor de kinderen uit Rotterdam. Je ziet dat ze graag hun passie voor de sport en doorzettingsvermogen willen overbrengen. En de kinderen worden direct in beweging gezet", zegt Sabrina Weijer, sportcoach bij Sportbedrijf Rotterdam.

Foto onder: Hoogspringer Ridzert Punt laat kinderen na zijn clinic de beweegdeal tekenen, waarmee ze beloven vaker in beweging te komen.

Vraag- en aanbod matchen

Behalve Rotterdam doen de gemeenten Zwijndrecht, Tholen en Wageningen ook al mee. Het aanhaken van nieuwe gemeenten gaat nog gecoördineerd en gedoseerd, verduidelijkt Luyendijk. "Dat matchen van vraag en aanbod is balanceren. Als je te veel aanbod hebt dan klopt het niet en als je te veel vraag hebt ook niet." Vanuit die vraagkant wordt het project ook gefinancierd. Een sporter krijgt een vergoeding per match van 250 euro. Daarnaast worden nog twee meewerkende partijen tegen een maatschappelijk tarief betaald: Juist voor de marketing en de website en sociale onderneming More2Win voor het vergroten van het impactplan van het project. De twee initiatiefnemers zelf verdienen niets aan het project, benadrukken ze nog maar eens. "Het is ook niet van ons. Wij verdienen er niks aan en hoeven er geen credits voor. Wij willen het nu vooral zover brengen dat het verschil kan maken en dat het niet een druppel op een gloeiende plaat is", zegt Zonneveld.

Van beweegdeal naar sportdeal

Luyendijk vond de clinic van Danique van Limbeek, voormalig Nederlands kampioen karate, daar een goed voorbeeld van. "Daarna kregen we bijna letterlijk van kinderen terug: ‘Ik wil ook op karate!’ Dan wil je de opvolging klaar hebben staan: waar kun je dat gaan doen in de wijk? Dat kan door de gymdocent een lijstje te geven met karatescholen in de buurt of je laat vervolgclinics organiseren door een club." Het is daarom zeker het idee om met Sporthelden op School actief de driehoek tussen sporter, school en sportaanbieder op te zoeken. Luyendijk ziet bijvoorbeeld een mogelijkheid om na de 'beweegdeal', de challenge die de klas met de sporter aangaat, een sportdeal te maken als vervolg. "Dan komt die vereniging in beeld. Dat kan op allerlei manieren. Bijvoorbeeld door de school naar de vereniging te halen of andersom. Dan heb je een hele mooie opvolging van de kennismaking die de topsporter heeft verzorgd."

"Ik vind het belangrijk om als topsporter waardevol te kunnen zijn rondom maatschappelijke vraagstukken, daarom doe ik hieraan mee"

Simone van de Kraats - Waterpoloster TeamNL

Foto boven: Waterpoloster Simone van der Kraats met haar olympische bronzen medaille, die ze in Wageningen showde aan 1000 schoolkinderen.

Waterpoloster Simone van de Kraats, bronzen medaillist bij de Olympische Spelen van Parijs, is een van de topsporters die zich al heeft aangemeld voor Sporthelden op School. Daar heeft ze een duidelijke motivatie bij: "De helft van de kinderen sport te weinig. Overgewicht neemt toe en hun motorische vaardigheden gaan achteruit. Dat is echt een probleem. Door mee te doen aan Sporthelden op School zet ik me ervoor in om kinderen meer aan het bewegen te krijgen en houden. Ik vind het belangrijk om als topsporter waardevol te kunnen zijn rondom maatschappelijke vraagstukken, daarom doe ik hieraan mee."

Breder dan topsport

Sporthelden op School kan al op veel enthousiasme van scholen rekenen, maar soms stokt het daar ook omdat er geen financiering is vanuit een gemeente of sportbedrijf. In het overtuigen van gemeenten om in te stappen gaat nog veel werk zitten. Luyendijk denkt dat gemeenten hun initiatief te smal beoordelen. "Gemeenten kijken vooral: hebben we iets in ons lokale sportakkoord staan over topsport die inspireert? Als ze dat niet hebben dan houdt het op. Terwijl dit veel breder is dan topsport, het is het aanzetten van kinderen over de as van sport. Dat wordt te beperkt bekeken. We kunnen natuurlijk pas iets zeggen over het effect als we grote aantallen draaien. Daar moeten gemeenten ons nu op aanvoelen. Ze moeten vooral zeker zijn dat ze mee willen in wat wij in gang willen zetten rond sport, bewegen, gezondheid en preventie voor kinderen."

De twee kartrekkers zijn overtuigd dat gemeenten en scholen elkaar kunnen aansteken. "We moeten zorgen dat we landelijke dekking krijgen, zodat overal clinics worden gegeven én dat het voor topsporters ook normaal wordt om dit een of twee keer per jaar te doen. Dat een bond of coach dat ook vraagt. Dé manier om aan grote aantallen topsporters te komen is via de bonden. Als we nu kijken naar de vraag dan kun je bijna niet genoeg topsporters hebben die mee willen doen. Voordat we dat helemaal landelijk hebben duurt nog wel even."

Schouders eronder

Ze zijn ook al in gesprek met bestaande provinciale initiatieven van bijvoorbeeld de Provincie Zuid-Holland en Topsport Gelderland. Zonneveld: “We moeten elkaar niet in de wielen rijden, maar kijken hoe we elkaar kunnen versterken. Het moet uiteindelijk voor alle grote sportorganisaties een makkie worden om in te stappen en het samen draaiend te houden.” Het project moet daarom nog over een kantelpunt komen, legt Luyendijk uit. “Thijs en ik zijn het concept aan het optuigen en de boel van de kant aan het duwen, maar als we echt willen schalen dan heb je iedereen in de sport nodig en moet iedereen meedoen. Wij met zijn tweeën kunnen best wat voor elkaar krijgen. Maar we moeten meer mensen hebben die zeggen: ‘Wat gaaf en nu zetten we allemaal de schouders eronder.’ Dit kan alleen werken als iedereen zegt: huppakee!"

Meer info op: www.sportheldenopschool.nl.

Dit artikel is een ingekorte versie van een artikel uit SPORT Bestuur en Management (editie 3-2024).

Beeld: Sporthelden op School