Wie is de Bella Baxter van de sport?

© Foto: Jessica Brouwer

Komende zondag worden de Oscars uitgereikt. Voor maar liefst elf Oscars is de film ‘Poor Things’ genomineerd. In deze film verzet Bella Baxter zich tegen de medische, overwegend mannelijke blik op haar lichaam. Sportfilosoof Aldo Houterman vraagt zich in zijn eerste column af: kan de film ons ook iets leren over hoe het menselijk lichaam in de sport wordt gezien?

Toen de moderne geneeskunde in de zeventiende eeuw zich in rap tempo ontwikkelde door haar anatomische lessen, voerde de Franse toneelschrijver Molière een aantal komedies op waarin deze medische kennis flink op de hak werd genomen. In een scène van zijn bewerking van het klassieke 'Don Juan' moeten Don Juan en zijn knecht Sganarelle – die werd gespeeld door Molière zelf – zich verkleden zodat ze door de inwoners van een stad niet herkend kunnen worden als notoire versierders. Sganarelle verkleedt zich als arts en is tamelijk geamuseerd door hoe hij door de inwoners wordt bejegend. "Mensen buigen voor me in de straat; sommigen hebben zelfs mijn advies gevraagd, alsof ik een geleerde wetenschapper was." Een aantal stedelingen voorziet hij desgevraagd van medisch advies. Het eerste het beste geneesmiddel dat in hem opkwam, schreef hij netjes voor ze op: "Het zou een goede grap zijn als ze weer zouden genezen, en mij komen bedanken." Hierop antwoordt Don Juan: "En waarom zouden ze ook niet? Waarom zou jij niet van dezelfde voordeeltjes mogen genieten als andere artsen? Zij zijn niet méér verantwoordelijk voor hun genezing dan dat jij bent. Alles wat ze doen is de eer opeisen voor een beetje geluk."

Brein-experiment

De met vijfsterrenrecensies overladen film 'Poor Things' doet sterk denken aan de komedies van Molière. Net als 'Don Juan' toen levert de film vandaag de dag een vrolijke kritiek op de medische macht. De film draait om de onbesuisde en minzame Bella Baxter (Emma Stone), zij is het product van een wetenschappelijk experiment. Hierbij is het brein van een aan melancholie lijdende zwangere vrouw verwijderd en vervangen door het brein van haar foetus, dat met enkele elektrische schokken in werking treedt. Dit 'brain-swap'-experiment is bedacht en uitgevoerd door de chirurg Godwin Baxter (Willem Dafoe), een soort dokter Frankenstein die, getuige de naden in zijn gezicht, zelf ook lijkt te bestaan uit aan elkaar gemonteerde lichaamsdelen. De film laat de razendsnelle ontwikkeling van Bella zien. Als een babybrein in het lichaam van een volwassen vrouw is ze recalcitrant tegen de geleerde mannen die haar tegen wil en dank proberen te kneden tot een fatsoenlijk en rationeel individu.

"Het meest deed ‘Poor Things’ me nog denken aan de hardloopster Caster Semenya: haar lichaam werd gezien als te ruw, te sterk en te snel voor een vrouw"

Aldo Houterman - Sportfilosoof

De film is doordrukt met de anatomische blik op het lichaam die zich sinds de tijd van Molière ontwikkeld heeft tot wat vandaag het 'biomedisch model' heet en ook in de sport veelvuldig wordt toegepast. De roman 'Poor Things' van Alasdair Gray die de basis vormt voor de film staat naast kindertekeningen van Bella ook vol met gedetailleerde illustraties van organen, alsof ze rechtstreeks gekopieerd zijn uit Vesalius' 'De humani corporis fabrica'. Dit boek uit 1543 toont de orgaankaarten en bouwtekeningen van het menselijk lichaam en wordt beschouwd als de start van de Wetenschappelijke Revolutie. Hoewel Vesalius het menselijk lichaam uit elkaar haalde, zinspeelde de wetenschappers na hem er al snel op dat het lichaam ook in elkaar te zetten moest zijn. Als we alle organen, aderen, spieren en botten van de mens hebben verzameld, zo beweerden medici-filosofen als Descartes en De la Mettrie, dan kunnen we het lichaam ook zelf boetseren. Daar kwam bij dat de wetenschapper werd beschouwd als meester en bezitter van de natuur, en dus werd de arts als meester en bezitter van het menselijk lichaam gezien.

Sporters en de medische blik

Het interessante is dat de fictieve personages Don Juan en Bella Baxter de anatomische blik op een grappige manier tegen het licht houden. Is kennis van de inwendige organen, botten en spieren genoeg om iemand te laten genezen? Is genezing wel aan de arts te danken als mensen ook vanzelf weer beter worden? zijn de vragen die Don Juans sceptische blik oproept. En Bella Baxter laat met haar ongehoorzaamheid zien dat een menselijk lichaam kunnen fabriceren lang niet hetzelfde is als en lichaam kunnen beheersen. Is de ontwikkeling van het menselijk lichaam al in het bouwplan aanwezig? In hoeverre kan een mannelijke chirurg weten hoe een vrouwenlichaam zich door de wereld beweegt? In hoeverre is ‘mijn lichaam’ ook echt van mij?

Deze vragen over welke betekenis we toedichten aan het lichaam zijn enorm belangrijk voor sporters, zij worden aan de lopende band onderworpen aan de medische blik. Lichaamsanalyse door het meten van vet, vochtgehalte, hartslag en wattage versterken het idee dat het sportende lichaam het beste vanuit een extern biomedisch perspectief kan worden begrepen. Het meest deed 'Poor Things' me nog denken aan de hardloopster Caster Semenya: haar lichaam werd gezien als te ruw, te sterk en te snel voor een vrouw. Van de Internationale Atletiekfederatie moest zij met geavanceerde geslachts- en testosterontests aantonen dat zij geen man was. Don Juan zou zich hierbij afvragen waarom deze tests – het domein van de medici – pas achteraf werden ingezet als verklaring voor haar prestaties. En Bella Baxter maakt ons bewust dat de meest vooruitstrevende biomedische kennis hand-in-hand kan gaan met de meest ouderwetse, paternalistische moraal.

Over de auteur

Aldo Houterman is sportfilosoof en docent medische ethiek aan het Amsterdam UMC. Hij is verbonden aan het Erasmus Center for Sport Integrity & Transition (ESPRIT) en schreef eerder het boek Wij zijn ons Lichaam.