"Met een sportwet kunnen we het recht op sport voor iedereen vastleggen"

Lisa Westerveld (Tweede Kamerlid GroenLinks) over de mogelijkheden van een sportwet

Met het uitgewerkte advies voor de toekomst van de sport heeft de Nederlandse Sportraad hoog ingezet. Een nieuw kabinet moet niet alleen fors meer in sport investeren (komende regeerperiode al 600 miljoen euro), maar de raad adviseerde ook een start met een sportwet te maken. Tweede Kamerlid Lisa Westerveld (GroenLinks) begrijpt die hoge inzet. "Het heeft een reden, want de NLsportraad ziet ook dat sport en bewegen niet voor iedereen toegankelijk is. Er moet dus echt wat gebeuren om de sport toekomstbestendig te maken."

Westerveld noemt het advies 'De Opstelling op het speelveld' van de NLsportraad een goed onderbouwd plan, wat haar als Kamerlid ook helpt. Tegelijkertijd ziet zij ook dat sport op de begroting van het ministerie van VWS slechts een klein onderdeel is. "Bij sport wordt veel uitgevoerd door gemeenten, die hebben een veel grotere rol. Ik denk dat het feit dat sport zo’n klein deel van de rijksbegroting is, ook een probleem laat zien. Onze zorgkosten stijgen enorm en sport is toch een deel van de oplossing." Als meer Nederlanders gaan sporten en bewegen kunnen zo meer mensen vitaal en gezond blijven. "Als je er op die manier naar kijkt dan levert het op de lange termijn ook gezondheidswinst op. Daar zit het probleem ook vaak: er wordt nog veel te veel naar de korte termijn gekeken."

Het advies van de NLsportraad kijkt duidelijk verder. Dat is volgens het GroenLinks-kamerlid bij sport ook nodig. "Als we alleen maar bezig zijn met de komende vier jaar dan bereiken we te weinig. Daarmee bedoel ik: we weten al heel lang dat je kinderen op jonge leeftijd moet leren om plezier te krijgen in sport en bewegen en hoe ze zich kunnen ontwikkelen. Dat gebeurt gewoon te weinig. We weten dat elke generatie minder vitaal is dan vorige. Het is echt tijd om dat te keren. Dan moet je kijken naar de lange termijn en wat dat kan opleveren."

Sportwet

In het beeld dat de NLsportraad schetst van die lange termijn is een sportwet een belangrijke rode draad. Eerder zei Tweede Kamerlid Rudmer Heerema (VVD) al dat “een sportwet geen doel op zich moet worden". "Daar heeft hij gelijk in", reageert Westerveld daarop. "Het gaat niet om het doel van een sportwet maar dat je zorgt dat sport en bewegen echt ingebed wordt." Ze maakt daarom de vergelijking met onderwijs, een van haar andere portefeuilles. "We vinden dat ieder kind tot 18 jaar een startkwalificatie moet krijgen bij onderwijs. Daarom is het onderwijs ook gratis en hebben we een leerplicht, want daar heeft de samenleving en het individu baat bij. Dat hebben wij bij sport niet zo geregeld. Het gekke is bij sport en bewegen dat het ook nog uitmaakt waar je ouders vandaan komen en hoeveel geld ze verdienen of je daar gebruik van kunt maken."

"Het gekke is bij sport en bewegen dat het uitmaakt waar je ouders vandaan komen en hoeveel geld ze verdienen of je daar gebruik van kunt maken"

Lisa Westerveld - Tweede Kamerlid (GroenLinks)

Dat die inkomensverschillen de toegankelijkheid van sport en bewegen bepalen, bleek onlangs nogmaals uit de antwoorden die Westerveld kreeg op de Kamervragen die zij met Michiel van Nispen (SP) stelde over zwemdiploma’s. Minister Tamara van Ark (VWS) gaf de Kamerleden de recente cijfers van het Mulier Instituut: 45.000 kinderen tussen 11 en 16 jaar hebben geen zwemdiploma. "Lagere inkomens en mensen met een niet-westerse achtergrond lijken daarbij oververtegenwoordigd in de groep zonder zwemdiploma’s", aldus de minister. Westerveld vindt die cijfers onacceptabel. "In de context van een waterrijk land zou toch ieder kind moeten kunnen leren zwemmen. Dat moeten we als samenleving zo belangrijk vinden dat we dat met elkaar bekostigen, net als onderwijs en gezondheidszorg. Dat zijn essentiële zaken die we als samenleving organiseren omdat het voor iedereen belangrijk is, daar hoort bewegen ook bij. Dat zorgt net als met onderwijs dat je als individu vitaler en gelukkiger blijft. Dat is hard nodig!"

Versnippering sportbeleid

Een groot dilemma wat zij, net als de NLsportraad, ziet is de grote versnippering van het sportbeleid met grote verschillen tussen lokale overheden. "Sommige gemeenten hebben het gewoon heel goed geregeld met toegankelijke regelingen waar kinderen van ouders die minder te besteden hebben bij aan kunnen kloppen. Stichting Leergeld speelt daarbij ook een grote rol. Aan ene kant is zoiets heel mooi, maar het is ook raar dat we dit soort stichtingen nodig hebben om kinderen te laten sporten."

Met een sportwet kunnen die verschillen tussen gemeenten gelijk worden getrokken. "Daarin kunnen we bepalen wat we minimaal de verantwoordelijkheid van de samenleving vinden voor sport en bewegen. Leren zwemmen is daar ook een onderdeel van. Met landelijke wetten en regelgeving kunnen we dan in ieder geval een landelijke basis vastleggen waar kinderen en volwassen bij sport en bewegen recht op hebben."

Sociale veiligheid in de sport

Een ander aspect waar Westerveld mogelijkheden voor ziet met een sportwet is sociale veiligheid in de sport. Zeker na het turndossier, waar zij samen met voormalig Kamerlid Antje Diertens (D66) nog een rondetafelgesprek over initieerde, is het zorgen voor een pedagogisch verantwoord sportklimaat extra belangrijk geworden. Zij ziet ook dat het vinden van vrijwilligers steeds moeilijker wordt. Met meer verantwoordelijkheden en eisen aan het kader betekent dat daar goede afspraken over moeten worden gemaakt. "Zodat sportverenigingen wel kunnen blijven bestaan en dat je nog steeds enthousiaste mensen hebt bij de club."

Uithoudingsvermogen

De coronacrisis heeft wat Westerveld betreft laten zien hoe veerkrachtig de verenigingen met al haar vrijwilligers zijn. "Verenigingen en sporters houden het op bewonderenswaardige manier vol. Dat laat voor mij de kracht van sport zien." Dat uithoudingsvermogen komt volgens haar nog van pas bij het toegankelijk maken van de sport. "Het is een kwestie van volhouden om het te veranderen." Als het aan Westerveld ligt, wordt sport ook een onderdeel van de formatie. Hoe dat proces gaat verlopen zal de komende weken langzaam duidelijk worden. GroenLinks, SP en PvdA hebben zich als linkse partijen in ieder geval al samen achter het plan van een sportwet geschaard om de kloof tussen arm en rij bij sport en bewegen te dichten. Westerveld wil echter waken dat een sportwet belemmerend gaat werken voor de sport. "Zo’n wet moet een soort minimale afspraken maken. We moeten voorkomen dat we een boekwerk aan regels krijgen voor de sport. Daar moeten we wel heel scherp op zijn."

Foto: via GroenLinks