Gisteren is het nieuwe kabinet Rutte IV beëdigd. Op het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) beginnen twee bekende gezichten uit de coronacrisis als nieuwe minister: Ernst Kuipers en Conny Helder. Kuipers was regelmatig op tv te zien als voorzitter van het Landelijk Netwerk Acute Zorg. Helder vertegenwoordigde vanuit branchevereniging ActiZ de verpleeghuizen. In de taakverdeling tussen de minister ‘van’ en ‘voor’ VWS is de portefeuille sport bij Helder komen te liggen. Op haar eerste dag kan de nieuwe ‘sportminister’ gelijk al haar gevoel met de sport tonen, want tijdens een demonstratie in Den Haag wordt haar gevraagd de sportsector tot essentieel te benoemen.
Net als voor haar collega Kuipers geldt voor Helder dat zij ruime ervaring in de zorg heeft. Ze begon als operatieassistent en ging later verder als bestuurder. Zo was ze de de laatste jaren bestuurslid en woordvoerder van branchevereniging ActiZ en bestuursvoorzitter bij zorginstelling TanteLouise in Bergen op Zoom. Door haar rol als bestuurder in de zorg was ze vanaf het begin betrokken bij de coronacrisis. Dat onderwerp is haar dus niet vreemd.
Nu als minister voor Langdurige Zorg en Sport is ze zich bewust dat haar verantwoordelijkheid is veranderd, liet ze weten in een gesprek op Radio 1. “Ik moet ook meer dingen tegen elkaar afwegen. Ik ben behalve voor langdurige zorg ook minister voor sport, dat is natuurlijk ook een element waar we het over moeten hebben. Dat sporters er behoorlijk last van hebben. We zitten net een krappe maand voor de Olympische Spelen en er zijn natuurlijk sporters die daar een topprestatie willen leveren, het is natuurlijk heel lastig om dat in coronatijd te doen.”
In het korte introducerende gesprek wilde Helder nog niet vooruitlopen op het eventuele heropenen van de sport. “Dat ik het belang van sport, zowel topsport als breedtesport naar voren breng, daar kunt u wel vanuit gaan”, benadrukte ze.
Al op haar eerste officiële werkdag kan Helder laten zien dat ze dat belang de komende kabinetsperiode ook echt wil uitdragen. NL Actief, Platform Ondernemende Sportaanbieders, NOC*NSF en de Nederlandse sportbonden hebben namelijk een demonstratie georganiseerd om aandacht te vragen voor het maatschappelijke belang van sport. Dat doen de belangenvertegenwoordigers van de sport met een ‘glazen sporthuis’ op Het Plein in Den Haag. Inzet van die actiedag is het openen van de vele fitnesscentra en andere sportlocaties om zo de bewegingsarmoede tegen te gaan.
Het slotstuk van het volle sportprogramma met prominenten, politici en topsporters is de overhandiging van de petitie om sport tot essentiële dienstverlening te benoemen. Die petitie werd al meer dan 300.000 keer ondertekend. Vanuit de Tweede Kamer werd die roep al unaniem ondersteund met een motie die op 21 december werd aangenomen. Met die motie wilden Kamerleden Joba van den Berg (ChristenUnie), Inge van Dijk (ChristenUnie), Rudmer Heerema en Jeanet van der Laan (D66) dat sport als essentieel wordt gezien in het licht van de coronamaatregelen. Ronald Wouters, initiatiefnemer van de petitie en directeur van NL Actief: “We zijn blij dat de Kamer de gehele sportsector wil openen. Nu het kabinet nog.”
Sportkoepel NOC*NSF concludeerde onlangs op basis van onderzoek dat door de lockdown 52% van de volwassenen en 62% van de jongeren minder is gaan sporten, of zelfs geheel gestopt is met sporten. “Dat zijn alarmerende cijfers,” zegt Ronald Wouters. “Het verband tussen obesitas en een ernstiger ziekteverloop door corona is al vaker aangetoond. Experts als Erik Scherder vragen niet voor niets om meer aandacht voor gezondheidsbescherming. Gelukkig is er voor zowel de coronacrisis als de beweegcrisis een uitstekende oplossing: ga sporten", betoogt Wouters.
Minister Conny Helder kreeg in Den Haag de petitie, die meer dan 300.000 keer werd ondertekend, overhandigd door Ronald Wouters:
Foto: Martijn Beekman / Miniserie VWS