"Met het bedrijfsleven halen we energie de sport in"

Michel Reinders over het bedrijfsleven en het Sportakkoord

Het Sportakkoord, dat deze zomer werd gesloten, blaakt van de ambitie om Nederland sportiever te maken. Maar de rol van het bedrijfsleven daarin is nog onduidelijk. Sport & Strategie bekijkt daarom in een serie interviews met ondernemers en andere experts naar de kansen voor het bedrijfsleven in de sport. In aflevering 4 Michel Reinders, directeur van BrabantSport. Als ‘buitenboordmotor’ van het sportbeleid van de provincie Noord-Brabant heeft BrabantSport al ruim veertig bedrijven weten te verbinden aan de sport.

In 2017 besloot de provincie Noord-Brabant dat het een taakorganisatie voor de sport buiten de provinciale organisatie wilde inrichten. "Daarvoor opereerde de provincie vooral als subsidieverstrekker. Dat nodigt ook uit om vooral als pinautomaat gebruikt te worden en niet echt een verbinding aan te gaan", legt Reinders uit. BrabantSport, zoals die nieuwe organisatie ging heten, kreeg de nadrukkelijke opdracht om andere partijen bij sport te betrekken. Reinders noemt BrabantSport daarom een buitenboordmotor. "Wij zorgen ervoor dat de ambities van het provinciebestuur worden gerealiseerd, en worden gematcht met ambities die leven bij publieke en vooral private partijen."

Meer gedragen in de regio

Daarmee brengt BrabantSport de titel van het Sportakkoord, ‘Sport verenigt Nederland’ al in de praktijk. “In Brabant zien we het echt als een gezamenlijke opdracht en kunnen daarbij niet zonder de steun vanuit het bedrijfsleven. Iedereen doet mee om Brabant sterker te maken door sport, zowel op sociaal-maatschappelijk als economisch vlak.” De aanpak van BrabantSport kenmerkt zich door steeds een nieuwe businesscase op te zetten. Zo wordt telkens per project bepaalt welk economisch en maatschappelijk rendement bereikt kan worden en welke partijen mee kunnen investeren. "Ik geloof er oprecht in dat het resultaat daar veel en veel beter van wordt, en dat het ook veel meer gedragen wordt in de regio."

Lees ook het Jaarverslag 2018 van BrabantSport.

"Het Sportakkoord, daar worden de meeste ondernemers niet per se warm van. Het klinkt al snel als vergaderen"

Michel Reinder (directeur BrabantSport)

Concreet en tastbaar

Inmiddels hebben zich al ruim veertig bedrijven in Brabant verbonden aan BrabantSport. "Wij noemen hen 'Aanvoerders van ambitie'. In hun eigen onderneming zijn deze aanvoerders constant bezig met ambities waarmaken, dat is precies de energie die wij de sport in halen", zegt Reinders. "Ik merk bij de bedrijven uit ons netwerk dat zij allemaal een hart voor de sport én voor Brabant hebben. Ze willen ook dolgraag iets doen om Brabant sterker te maken." Zijn advies voor andere overheden is daarom om de kansen in de sport voor het bedrijfsleven concreet en tastbaar in hun regio te maken.

"Het Sportakkoord, daar worden de meeste ondernemers niet per se warm van. Het klinkt al snel als vergaderen. Maar als je zegt: 'word partner van inclusief sporten bij jou in de buurt' of 'lever een bijdrage aan de verduurzaming van sportaccommodaties zodat de verenigingen er beter van worden en het klimaat ook', dan heb je een concrete vraag waar een bedrijf iets mee kan.” Dat sluit volgens Reinders ook aan bij wat Tom van Kuyk bedoelde met 'relevant zijn voor een sportclub'.

Tophockeyer Mink van der weerden verzorgt een clinic tijdens de Champions Trophy in Breda.

Matchmaker

BrabantSport richt zich op het grotere MKB: organisaties die ook belang hebben bij een netwerk dichtbij. "Ze zullen niet zo snel hoofdsponsor van een bond op Papendal worden. Ze willen in het netwerk waarin ze zelf actief zijn kunnen zeggen: daar ben ik partner van." Een mooi voorbeeld daarvan ziet Reinders in vervoersbedrijf Arriva. "Zij zijn een landelijk bedrijf, maar staan midden in de maatschappij. Als partner helpen zij ons bij grote sportevenementen de bezoekersstromen op orde te brengen en ze helpen topsporters en sporters met een beperking naar hun training te komen. Dat vind ik een mooie concrete manier van sponsoring. Vanuit hun kernactiviteiten kijken ze wat ze kunnen bijdragen aan de sport." Reinders wil daar ook mee aangeven dat het bedrijfsleven niet altijd in cash hoeft bij te dragen aan de sport. "Maar dan moet je dus wel een buitenboordmotor hebben die een match kan maken tussen wat bedrijven kunnen en willen, en waar de sport behoefte aan heeft. Dus mijn voornaamste advies aan de sport en aan overheden is: zorg voor zo’n matchmaker. Amsterdam, Rotterdam en Limburg hebben ook al jaren zo’n machine."

Vuelta in Brabant

Helemaal zonder de overheid zal de sport het overigens niet redden, denkt Reinders. De gemeente is in zijn ogen als eerste overheid altijd aan zet en daarna Het Rijk op het gebied van topsport en breedtesport. "In de meeste provincies is geen sportbeleid. In Noord-Brabant wel, maar altijd aanvullend aan de gemeente. Het gaat economisch goed hier, maar we moeten wel zorgen dat het ook prettig wonen en leven is. Daar draagt sport in grote mate aan bij, bijvoorbeeld door het binnenhalen van grote sportevenementen."

Dat het bedrijfsleven daar een leidende rol in kan spelen, heeft hij gezien bij de start van de Tour de France in 2015 en de Vuelta die volgend jaar naar Utrecht en Brabant komt. Reinders heeft vanuit Brabant bewust toenadering gezocht om ook een etappe naar Brabant te halen, om zo ook van Utrecht te leren. "Het mooie van die Tour- en Vueltastart is dat het echt vanuit het Businesspeloton Utrecht is gekomen. Bedrijven wilden die start en zeiden tegen de overheid: ‘doet u mee?’. Dat is een hele andere beweging." Reinders is overtuigd geraakt dat die aanpak sportevenementen ook ten goede komen. "Het gaat niet alleen om het splitten van kosten. Als het bedrijfsleven op die manier betrokken is bij een evenement dan wordt het ook veel meer gedragen door de stad en de regio."

Lees ook de eerdere afleveringen in deze serie met:

Foto boven: v.l.n.r.; Ron Beukers directeur van Driessen Autogroep, Jan Pieter Been directeur Arriva, topturnster Tisha Volleman, Michel Reinders directeur BrabantSport en topzwemmer Maarten Brzozowski.