Sportonderzoek

'Sportverenigingen kunnen nog meer clubgevoel halen uit hun online community'

Sportverenigingen kenmerken zich door de binding die zij creëren. Leden voelen zich verbonden met een club, de leden en misschien zelfs de fysieke sportaccommodatie als thuishonk. Door maatschappelijke ontwikkelingen als individualisering en digitalisering staat dit clubgevoel onder druk, net als de ledenaantallen van veel verenigingen. Toch hoeven online kanalen geen bedreiging te zijn voor dit clubgevoel, concludeert onderzoeker Nanny Kuijsters na haar promotieonderzoek aan de Universiteit van Tilburg en Fontys Economische Hogeschool in Tilburg. Ze beantwoordt vijf vragen over hoe virtuele community’s het clubgevoel juist kunnen versterken.

"We hebben sport en wetenschap letterlijk bij elkaar gebracht in Thialf"

Vrijdag beginnen de Olympische Winterspelen van Beijing 2022, met voor schaatsland Nederland weer veel medaillekansen. De basis voor de prestaties van de schaatsers en shorttrackers van TeamNL wordt in Thialf Heerenveen gelegd. Niet op de laatste plaats omdat daar veel trainingen worden afgewerkt, maar ook door het heersende prestatieklimaat aldaar. De toevoeging van innovatie en wetenschap door Innovatielab Thialf, draagt daar volgens Inge Stoter zonder meer aan bij. De manager van het Innovatielab neemt ons mee langs de innovaties en onderzoeken die in Beijing het verschil kunnen maken: van een hoogtekamer tot aerodynamische schaatspakken.

Gemeenten gaven in coronajaar 2020 meer uit aan sport

De netto-uitgaven van gemeenten aan sport zijn sinds 2017 gestaag gegroeid. In het coronajaar 2020 was die stijging met 5,3 procent ten opzichte van 2019 een stuk hoger dan de inflatie (1,3 procent in 2020). Dat blijkt uit de Monitor sportuitgaven gemeenten van het Mulier Instituut. In 2020 gaven gemeenten bijna 1,6 miljard euro uit aan sport. De inkomsten uit sport bedroegen zo’n 423 miljoen euro. Daarmee kwamen de netto-uitgaven aan sport in 2020 uit op bijna 1,2 miljard euro.

Hoe staat het bewegingsonderwijs in Nederland ervoor?

Het bewegingsonderwijs in het primair onderwijs staat al een aantal jaar in de belangstelling van beleid en politiek, vanwege toenemende zorgen over het tekort aan beweging en de afnemende motorische vaardigheden van kinderen. Het Mulier Instituut heeft, net als in 2013 en 2017, een peiling uitgezet over het bewegingsonderwijs en sport in het primair onderwijs. Die biedt zicht op de organisatie en waardering van bewegingsonderwijs en sport. De uitkomsten voor 2021 zijn gebaseerd op de antwoorden van 839 schoolleiders uit het primair onderwijs. Onderzoekster Sofie Vrieswijk beantwoordt vijf vragen over dit onderzoek.

Sportonderzoek voor de vragen van morgen

Sportprofessionals krijgen elke dag te maken met nieuwe uitdagingen. Of het nu de gymdocent is die zijn les aantrekkelijker wil maken, de buurtsportcoach of leefstijlprofessional die inactieven wil bereiken of een verenigingsbestuurder die moeite heeft met het vinden van vrijwilligers; allemaal lopen ze met concrete vragen. De nieuwe praktijkgerichte Kennis- en Innovatieagenda van het Lectorenplatform Sport & Bewegen vormt de basis om voor die vragen naar oplossingen te zoeken. Onderzoekers kunnen hierdoor sneller onderling samenwerken en de praktijk is directer betrokken bij vernieuwingen om morgen mee aan de slag te gaan.

"Nederlandse sportsector scoort hoog op innovatie"

Hoe innovatief is de Nederlandse sportsector? Die vraag wordt beantwoord in de vandaag gepresenteerde Sportinnovatiemonitor. In dit niet eerder uitgevoerde onderzoek van het Amsterdam Centre for Business Innovation (ACBI) van de Universiteit van Amsterdam en het Mulier Instituut in opdracht van Sportinnovator wordt de sport vergeleken met het Nederlandse bedrijfsleven. "We zien dat de sport hoger scoort op innovatie dan de doorsnee Nederlandse organisatie", zegt professor Henk Volberda. Hij ziet ook verbeterpunten. Zo loopt de breedtesport qua innovatie achter op de topsport en wordt ook nog veel van elkaar gekopieerd binnen de sport in plaats van zelf met vernieuwing te komen.

Veertig jaar homosportclubs in Nederland

Het Mulier Instituut heeft de ontwikkelingen van sportdeelname in ‘eigen kring’ door homoseksuele mannen en lesbische vrouwen vanaf 1980 in kaart gebracht in het boek 'Homosportclubs in Nederland 1980-2020'. Het boek biedt een overzicht van de opkomst en ontwikkeling van deze categorale sportclubs in onder meer ledental, samenstelling, samenwerking met reguliere sportorganisaties. Ook biedt het inzicht in de persoonlijke en maatschappelijke waarde van sportbeoefening in lhbt+-verband.

Theo Stevens overleden, de eerste hoogleraar sportgeschiedenis van Nederland

Theo Stevens is vorige week maandag op 83-jarige leeftijd overleden. In 2004 was hij de eerste Nederlandse hoogleraar sportgeschiedenis, met een zeer vooruitziende blik.

Schaatscoach Jac Orie ziet toekomst in Thialf als onderzoeksinstituut

Het ijsstadion Thialf leent zich, volgens schaatscoach Jac Orie, uitstekend als onderzoeksinstituut voor het verzamelen van diverse data. Met Innovatielab Thialf zijn in Heerenveen al de benodigde kennis en meetfaciliteiten aanwezig om het sport- en beweegonderzoek in de toekomst verder uit te breiden. "In Thialf zijn allerlei ruimtes, die je ook zou kunnen inzetten voor gezondheidszorg. Voor dat doel hebben we die hal een paar uur per dag nodig. Er hangen camera’s, die bijvoorbeeld kinderen op jonge leeftijd op de ijsbaan kunnen volgen. Er zijn meetsystemen beschikbaar. In de zomer, als er geen ijs ligt, zou je er bijvoorbeeld kunnen gaan skeeleren."

'Sociale veiligheid bij veel verenigingen niet op orde'

Excuses van NOC*NSF, een tegemoetkoming van 5000 euro voor slachtoffers van de misstanden in de turnsport en een nieuw breed onderzoek naar grensoverschrijdend gedrag in de sport. Dat is kort samengevat de opbrengst van het Adviesrapport Integriteit en Ethiek en een debat in de Tweede Kamer. Die maatregelen zijn, niet onterecht, vooral gericht op de topsport en bedoeld om het ernstige leed van oud-turnsters te verzachten. Maar juist in de breedtesport valt ook nog veel te winnen. Uit onderzoek van Mulier Instituut blijkt dat veel verenigingen de maatregelen om seksueel grensoverschrijdend gerdrag te voorkomen niet op orde hebben.

Hardloopevenementen zijn goed voor de gezondheid

Hardlopen behoort naast fitness en voetbal al jaren tot de meest beoefende sporten in Nederland. In 2020 liepen ruim een miljoen Nederlanders wekelijks hard. Met meer dan honderd hardloopevenementen per maand vóór de coronacrisis was er voor deze mensen een ruim aanbod. Tijdens de coronacrisis vonden diverse virtuele hardloopevenementen plaats, maar was de organisatie van fysieke hardloopevenementen niet mogelijk. Nu hebben de eerste fysieke hardloopevenementen weer plaatsgevonden, en de hardloopkalender raakt steeds voller. Onderzoeker Linda Ooms van het Mulier Instituut beantwoordt vijf vragen over waarom en hoe hardloopevenementen kunnen bijdragen aan de gezondheid.

Meer burn-outklachten bij sporters door ervaren druk van coach

In de sportwereld is steeds meer aandacht voor de mentale gezondheid van sporters. Door prestatiedruk komen stress en burn-outklachten veelvuldig voor bij topsporters. Het was al bekend dat perfectionisme bij sporters een risicofactor is voor burn-outklachten. Uit recent Brits onderzoek blijkt nu dat niet alleen het eigen druk een grote rol speelt, ook als een sporter denkt dat zijn of haar coach perfectionistisch is kan dat tot meer burn-outklachten leiden.

'Extra inzet buurtsportcoaches nodig om afhakers in beweging te krijgen'

Buurtsportcoaches worden vaak ingezet op de sportstimulering van specifieke doelgroepen. Zij zitten daardoor dicht op groepen als jongeren, jeugd uit arme gezinnen of mensen met een beperking of chronische aandoening. Tijdens de coronacrisis hebben deze buurtsportcoaches duidelijk gemerkt dat verschillende groepen minder zijn gaan sporten en bewegen. Dit komt naar voren in een onderzoek onder buurtsportcoaches en hun werkgevers van Mulier Instituut. De onderzoekers pleiten hierbij voor extra inzet van buurtsportcoaches op die doelgroepen die in coronatijd qua sport- en beweegdeelname zijn achtergebleven.

Voetbalscouts: 'herkennen talent onder 12 jaar is lastig'

Veel voetbalclubs in het betaald voetbal scouten voetbaltalent al onder de 12 jaar. Scouts selecteren talentjes zo vroeg mogelijk voor hun jeugdopleiding om te voorkomen dat andere clubs die topper in wording wegkapen. Over dit vroeg selecteren van voetballertjes bestaat al langer discussie. Recent Gronings onderzoek zet hier nieuwe vraagtekens bij, want scouts geven bij de onderzoekers zelf aan dat ze onder de 12 jaar toekomstige profvoetballers nog helemaal niet kunnen herkennen. De potentie van een voetballer kunnen zij pas op zijn vroegst vanaf 14-jarige leeftijd inschatten.

Topsportbegeleiders spelen belangrijke rol bij stimuleren dopingvrije sport

Het gebruik van prestatiebevorderende middelen (waaronder doping) is in de topsport een bekend gegeven. Welke invloed hebben coaches, medisch begeleiders (sportartsen en voedingskundigen) en naasten (ouders en partners) op de keuze om wel of geen doping te gebruiken? Hoe kijken deze topsportbegeleiders zelf aan tegen het gebruik van doping en de rol die zij daarin spelen? Het Mulier Instituut heeft hier, in opdracht van de Nederlandse Dopingautoriteit, onderzoek naar gedaan. Onderzoeker Agnes van Suijlekom beantwoordt vijf vragen over deze studie.